Willems merkwaardige uitwisseling van bezit in 1256. Maar als dit al de rede zou zijn, over het ge bruik van de noordelijke route vernemen we niets. Kogen De Langedijker dorpen en Sint Pancras waren door de Oosterdijk beschermd tegen het water van de Waard. Deze dijk komt voor het eerst voor in een brief van Albrecht van Beieren uit 1388, maar is veel ouder30. Buiten de Oosterdijk lagen verscheidene kogen die in de grafelijke rekeningen worden ge noemd. De naam koog, of kaag duidt oorspronkelijk op opgeslibd land buiten de dijk. Bij Oudkarspel la gen de Zuidkoog, de Middelkoog en de Noordkoog. Een van de eerste twee is waarschijnlijk de 'Volpedinghecoch binnen den ban van Outkerspel', genoemd in een rekening van de graaf'. Bij Noord en Zuid-Scharwoude lagen grote stukken land in de Waard met namen als Plaetmansbos, Soutberck ac kers, Hasselaersbos en Zuijderbos. Voorts komen we in de rekeningen tegen 'de oesteren coich van den lande in Broic', waarschijnlijk het stuk buitenland dat later 'de Vlaerdingh' werd genoemd. Vermeld worden nog 'de watercoich over de Zecghe bntendyk' en 'de Lubbencoich', waarvan we de pweten. In het zuidwesten van de Waard lagen Butterhuizen, Sint Anna land en de Zwijnakkers (of het Zweem). Deze laatste behoorde tot Oudorp dat vroeger Sweinstorp heette. Tussen Butterhuizen en de Huigendijk lagen de eilanden het Kerkebos van Oudorp, Koebos, Koijtbos en Oosterderch. Tussen de Vlaerdingh en Butterhuizen lag nog het eiland Beverland. Al deze buitendijkse landen en eilanden wijzen erop dat de westelijke oever van de Waard eertijds oostelijker heeft gelegen. Tot zover de bronnen die ons iets vertellen over het meer de Waard voor de inpoldering van 1631De overige berichten gaan over de voortdurende water overlast die vooral begon toen graaf Willem IV in 1326 beval de sluizen in de Huigendijk af te breken, zonder dat er een andere afwatering was geregeld. De omliggende dorpen bleven hun water op de Waard lozen, waardoor het stijgende waterpeil van dit meer voor veel overlast zorgde. In 1330 mochten er weer sluizen in de Huigendijk worden gelegd. Het weer afbreken en opbouwen van de sluizen ging nog jaren door. Regelmatig brak de Huigendijk door als gevolg van stormrampen. Pas toen de afwatering van de Waard in 1458 via de Langereis in noordelijke richting was geregeld, kon men het waterpeil in de Waard beter beheersen. Samenvatting Aan de hand van de hier besproken bronnen is het niet mogelijk om in detail uitspraken te doen over het ontstaan van het meer de Waard en zijn groei. We zijn aangewezen op het analyseren van de gegevens die voorhanden zijn. Daaruit kunnen we wel conclu deren dat het onwaarschijnlijk is dat de Waard ont staan is door een stormvloed vanuit het noorden. Dit dwingt ons te denken in de richting van een klein binnenmeer gelegen in het zuiden van Heerhugowaard al dan niet ontstaan uit een veenri- viertje. Dit meer kan er al gelegen hebben voor de veenontginningen die plaatsvonden van 900 tot 1100. Halverwege de 12e eeuw lag er in ieder geval een binnenmeer tussen Oudorp en Oterleek welke in open verbinding stond met de Schermer. De Waard en de Schermer werden gescheiden door een ondiep te waardoor scheepsverkeer tussen beide meren niet mogelijk was. Deze ondiepte vormde een wad, al of niet met eilanden, die gebruikt werd als toegangsweg van West-Friesland naar Kennemerland. Waarschijnlijk lag hier het in de bronnen genoemde 'wad Occenvorth'. Daarop werd in de eerste helft van de 13e eeuw de Huigendijk gelegd. Op de recon structiekaart van 1300 hoort de Huigendijk dus thuis, maar zuidelijker dan thans. Hij verbond de Oudorperdijk, via de Oterlekerdijk met de Walingsdijk. Ter weerszijden van die Huigendijk slibde het land sterk op, want in latere eeuwen spreekt men over veel voorland rond de Huigendijk. St'huctn Nieuwe N ie dorp j. Y\ Oude IfdduuBprèl N'iedoip Rekere WoflimSrr U j OhiLtm Oir rif ck De reconstructiekaart van het ontstaan van het meer de Waard van 900 tot 1575. De donkerste tint verte genwoordigt de beginfase.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Overhaal: historisch magazine Heerhugowaard | 2016 | | pagina 41