OORLOGSGRAVEN IN VEENHLIZEN Bij de kerk van Veenhuizen staat een bordje met: Oorlogsgraven van het Gemenebest. Als men op het kerkhof gaat kijken dan vindt men de graven in het ui terste zuid-oosten van het kerkhof. Het zijn de graven 55 en 56 met drie grafzerken. Op de grafzerken staan de namen van drie Engelse vlie gers en dat ze op 2 juli 1940 zijn overleden. De graven zijn door groep 8 van de Sint Josephschool in Heerhugowaard-Noord geadopteerd. Ieder jaar vindt eind april een bijeenkomst plaats in de kerk van Veenhuizen waarbij de burgemeester van Heerhugowaard vertelt over de oorlog en de kinderen gedichten voorlezen, die ze voor deze gelegenheid ge maakt hebben. Bij de graven worden kransen gelegd na mens de schoolkinderen, de gemeente Heerhugowaard en de Stichting 4 en 5 mei Heerhugowaard. Eén van de kinderen vroeg zich af waar het toestel in Veenhuizen was neergekomen. Die vraag is de reden voor het schrijven van dit artikel. De familie Klomp woonde vanaf mei 1940 aan de Kerkweg in een boerderijtje (na de oorlog gesloopt en in "Stolpboerderijen in Heerhugowaard", deel 3 van Henk Komen aangeduid als Kerkweg 22) en had een fruitteeltbe- drijf en een tuinderij. Rond het boerderijtje stonden enkele vruchtbomen en aan de overkant van de Kerkweg was de boomgaard. Het is oorlog, maar in Veenhuizen hadden ze daar nog niet zoveel van gemerkt. Het leven ging zijn normale gang. Zo ook op 2 juli 1940. Het was omstreeks kwart voor twaalf toen Marie Klomp-Bakker haar zoontje Kees, geboren in ja nuari 1940, pap voerde. Haar 5-jarige dochter Gré stond naast haar in de hoop nog iets van de pap te krijgen. Plotseling hoorden ze geronk van vliegtuigen. Toen ze naar buiten keken zagen ze een vliegtuig dat door twee kleinere vliegtuigen werd beschoten. Marie Bakker vond dat schieten maar niets en maakte zich zorgen over haar man, Arie Klomp, die in de boom gaard aan het werk was. Ze vond het veiliger als hij in huis zou komen en riep naar hem dat er een vlieg tuig neer zou storten. Waarop Arie Klomp na enige tijd reageerde met: "Hij is al geland". Marie Bakker liet haar dochtertje op haar zoontje passen en ging naar buiten.' Het toestel was dan wel veilig geland, maar de twee Duitse jagers bleven Oorlogsgraven van het Gemenebest Commonwealth War Graves het toestel beschieten. Ondanks de beschie tingen liepen Marie Bakker en Arie Klomp over een stuk weiland langs de boomgaard in de richting van het gelande, brandende vliegtuig. Ze zagen de piloot in de deurope ning verschijnen en toen volgde een gewel dige explosie waarbij ze beiden tegen de grond werden gesmakt. De benzinetank van het brandende vliegtuig was ontploft en dat had een enorme drukgolf gegeven. Toen ze opstonden stond het hele vliegtuig in lich terlaaie en was er niets meer te redden.' Wat ze niet wisten was, dat er ook een bom was ontploft die bij het wrak van het vliegtuig een grote krater had veroorzaakt. De drie bemanningsleden van het Engelse vliegtuig hebben die ontploffing niet over leefd. Of er misschien al bij de beschietin gen van het vliegtuig bemanningsleden zijn geraakt en gedood, is wel verondersteld, maar we zullen het niet weten.2 Er waren meer ooggetuigen. Marinus Druif, woonachtig Berkmeer 22, zag het luchtge vecht zich voltrekken toen ze over de Berkmeer vlogen.3 Jaap Rentenaar, de smid, elektricien, instal lateur, enz., was bezig een storing in de ra diodistributie te verhelpen. Daarvoor zat hij in een zogenaamde telefoonpaal. Het ge beurde allemaal op maar een paar honderd meter afstand. Van verbouwereerdheid bleef hij in de paal zitten.4 Piet de Boer, op wiens land het vliegtuig landde, was op een aangrenzend stuk land aan het maaien met twee paarden voor de maaimachine. Hij zag het luchtgevecht en ging uit voorzorg in de kant van sloot lig gen. Hij hoorde een paar knallen en zag toen dat het Engelse vliegtuig in brand stond. Omdat hij zag dat aan de inzittenden Tekst en beeld: Ab Klomp

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Overhaal: historisch magazine Heerhugowaard | 2016 | | pagina 24