31.
der op de laadbak en zodanig neerzetten dat het al rijdende
niet van de wagen kon vallen. Vervolgens met de vracht
naar de Oostdijk.
Met behulp van de kiepkar en later met een platte lorrie
werden de kolen verder getransporteerd in de schuur
Het gebruik van de "Petronella" kwam vanwege de aanvoer
per spoorwagon op een laag pitje te staan en raakte min of
meer in onbruik. Het schip is nog enkele maanden verhuurd
geweest, maar dat was toch ook geen succes. In het week
blad "Schuttevaer" werd in mei 1955 de advertentie ge
plaatst dat de "Petronella" te koop werd aangeboden en ver
kocht.
Nog vermeld moet worden dat de roef van de dekschuit in
de hongerwinter nog diverse keren is gebruikt als slaap
plaats voor "trekkers" vanuit de Randstad. Zij kwamen te
voet op doorreis naar de Wieringermeer om voedsel te be
machtigen. Een keer was het trouwens goed fout, want toen
hadden ze 's nachts "uit dankbaarheid" de verstuivers ge
stolen. en was de motor onklaar.
In 1955 werd er een Dodge aangeschaft bij de fa. Klaver in
Alkmaar. De cabine en laadbak werd er opgezet door een
carosseriebouwer in Alkmaar. Inmiddels kwamen er lopen
de banden in omloop. Door ons werden er dan ook een drie
tal aangeschaft. Dat scheelde veel ruggewerk. Later werd de
laadbak veranderd in een kiepwagen en moest er een hy
draulisch pomp met aandrijving op de motor worden gein-
stalleerd en schotten op de laadbak. Een hele vooruitgang
en minder mankracht nodig om een wagon te lossen. Een
lopende band stond permanent bij het station, ingepakt in
een hoes. Thuis aan De Draai de twee andere lopende ban
den om de lading naar binnen te transporteren.
In de drukke jaren, vanaf 1960, werden de kolen rechtst
reeks vanuit Duitsland met autotrailers aangevoerd en stond
er ineens zo'n slordige 30 ton op het pad. Krakend en pie
pend reden ze dan achteruit van de dijk naar beneden.
Met de groei van het aantal inwoners van Heerhugowaard
nam de klandizie toe en hadden we er met de 4 gezinnen
een goeie broodwinning. Naast de Dodge vrachtwagen be
Omzet over 1965/1966
Antraciet I
50.000 kg
cokes
180.960 kg
Antraciet II
187.500 kg
briketten
143.500 kg
Antraciet III
42.340 kg
vetkolen
19.505 kg
Antraciet IV
566.062 kg
eierkolen
43.000 kg
Antraciet V
282.150 kg
syntraciet
5.190 kg
stond inmiddels behoefte aan extra bestel
wagens.
Ondertussen werd het bedrijf door 4 gezin
nen gerund en werd het voor vader Joh.
Komen tijd om de zaak met toebehoren op
1 april 1966 over te dragen aan Piet (1932,
Jan (1933) en Kees (1939) en werd het
"Komen's Kolen en Oliehandel"
De omzet nam gestaag toe en het boekjaar
1965/1966 was voor onze begrippen ge
weldig en bedroeg zelfs 1.518.000 kg of te
wel 1518 ton.
Voor de antraciet V deden we zaken met
vooruitstrevende kwekers van tomaten en
komkommers die overgingen naar glas
tuinbouw met verwarming.
Het zal duidelijk zijn dat de schuur inmid
dels veel te klein was om de voorraad te
bergen. Het hele terrein achter het huis en
ook de tuin moest worden verhard en aan
gepast. Overal lagen tientallen tonnen ko
len van allerlei maten.
In de zomermaanden werd de bestelling
voor de wintervoorraad opgenomen en bij
de klant bezorgd. Sommige 10 hl. of een
veelvoud daarvan in een vaste kolenop-
slag achter het huis of gewoon op zolder in
een hoek.
Degene die het zich kon permitteren be
stelde het in papieren zakjes van 10 liter
en daarvoor was inmiddels ook een opza
kapparaat aangeschaft. Het bestelling
moest meestal naar de vliering van de wo
ning, omdat dat voor hen beter uit kwam.
Aangezien de haardkachels mooier en mo
derner werden, werd de vraag naar een
kleinere maat antraciet ook toe. Deze ka
chels hadden een zg. voorraadbunker en
bleven gemakkelijk dag en nacht branden.
Om hieraan tegemoet te kunnen komen
moesten we ook grovere antraciet inkopen,
die door ons zelf dan gebroken en gesor
teerd moest worden. Met de eigen aange
schafte lopende banden, breker en sorteer-
machine deden we dat in de zomermaan
den. Het stoof wel een beetje en dan zag je
er 's avonds niet uit.
Onder de overkapping -voor ons de luifel-