EEN KWADE PASTOOR
Buurthuis De Deel, vroeger het Patronaat,
in 't Kruis was in de jaren veertig al een
plek waar van alles te doen was. In de
week was er een kleuterschool gevestigd
maar je kon er ook biljarten, sjoelen en an
dere spelletjes spelen maar als je onder de
15 jaar was kon je eigenlijk nergens te
recht. Wij waren toen tien en elf jaar oud
en verveelden ons op een zondagmiddag
mateloos en om de tijd door te komen wa
ren wij elkaar aan het bekogelen met zand.
Zand was er bij het Patronaat genoeg, zand
waar in de week de bewaarschoolkinderen
in speelden. Wij propten zand in stukken
papier en gooiden dat naar elkaar maar na
een tijdje kwam ik op het idee om dit zand
door de bovenlichten van de grote zaal te
mikken. Dat was een nog een hele toer
maar toch lukte het ons en al gauw had
den we geen papier meer over. De dag
daarna kwam de pastoor zomaar op school
terwijl het helemaal zijn dag niet was. Wij
kwamen er al snel achter wat hij kwam
doen. Hij was op zoek naar de
zandmikkers! Niemand wist natuurlijk wie
het gedaan had maar uiteindelijk verklapte
iemand toch wie de daders waren. Mijn
vriendje en ik moesten mee om te zien wat
we aangericht hadden. Nou dat was niet
mis, de zaal in het Patronaat zag er niet uit,
alles zat onder het zand. Als straf moesten
we bij de pastoor over de knie gaan liggen.
Het Spaanse rietje deed de rest en wij gier
den het uit van de pijn. Na een halfuurtje
mochten we gaan en toen we op straat lie
pen keken wij elkaar aan en door onze tra
nen heen moesten we toch weer lachen. De
klikspaan die ons erbij lapte kreeg daags
daarna een koekje van eigen deeg. Toen hij
van vooruit de klas terug kwam met een be
ker melk werd hij netjes gevloerd en kreeg
straf van de meester.
Ongeveer 20 jaar later kwam ik de pastoor
op het station van Uitgeest nog eens tegen.
Hij wist nog precies wie ik was. Het had
hem zelf wellicht ook een beetje geraakt
denk ik.
Tekst: Piet Beers
-I
Parochiekerk van de
Heilige Familie in 7 Kruis
1926