43.
Napoleon Bonaparte
1769 - 1821
twee meerderjarige kinderen werd toen
hun gedeelte van het vermogen uitbetaald,
maar de rest werd beheerd door Mr.
Schellink-hout uit Oudorp (die trouwens
ook jarenlang als weesmeester in
Heerhugowaard optrad). Door zijn over
lijden werden de weesmeesters alsnog
verantwoordelijk voor de rest van het
vermogen. De resterende 10.555 Gulden
waren als volgt belegd:
1 hypotheekbrief voor een woning met 30
Morgen land van Janneke Meijits, wedu
we van Jan van der Linden: waarde 5600
gulden
1 hypotheekbrief van Dirk Klaas over drie
stukken land in St. Pancras: waarde 800
gulden
1 obligatie of lening aan Jan Rus (een
van de voogden) waarde 1500 gulden
1 obligatie aan Heerhugowaard: waarde
2000 gulden
1 obligatie aan Arien Oudejans waarde
2000 gulden
1 obligatie aan Teunis Gras: waarde 500
gulden
En een restant in contanten van 1755
gulden
Het einde van de weeskamers
Door de invoering van de Code Civil
(Code Napoleon) komt er in 1811 een ein
de aan de weeskamers.
Ze werden in de wetgeving niet genoemd
en mochten dus geen nieuwe voogdijzaken
meer aannemen. De taken werden overge
nomen door rechterlijke organisaties die
het zogenoemde voogdijrecht regelden
De laatste buitengewone vergadering van
de schepenen, baljuwen en weesmeesters
in Heerhugowaard werd gehouden op
1 maart 1811. Men werd gesommeerd om
alle charters, papieren en aktes aangaande
de Heerhugowaard over te dragen aan de
heer Verschuir in Hoorn. De secretaris van
Heerhugowaard plaatste deze papieren in
een kist en deze werd verzegeld en over
gedragen.
Pas in 1835 zijn de weeskamers openbare
inrichtingen. In 1852 werden de weeska
mers geliquideerd en de nog openstaande
zaken moesten afgehandeld worden. Men
spoorde de eigenaren op van wie de wees
kamers nog iets in beheer hadden. Deze
hadden na hun meerderjarigheid geen aan
spraak op hun eigendommen gemaakt.
Hiervoor moest de administratie van de
weeskamer bij een commissie ingeleverd
worden. Als men de rechtmatige eigenaren
niet kon opsporen, vervielen geld en goe
deren aan de staat.
De commissie werd in 1880 opgeheven en
de administratie ging terug aan de desbe
treffende stad.
Op het artikel Grof- en hoefsmeden in De
Waard van Henk Komen in de vorige Overhaal
kwam de volgende aanvulling van Th. Floris:
Zijn ouders namen in 1955 de smederij van
Herman Disselhorst over en zijn daar tot 1968
blijven wonen. Hij deed smidswerk maar repa
reerde ook fietsen en brommers. In De Noord
was Jac. Floris vooral bekend onder zijn
schuilnaam Jaap Versier
jp/j