boven in stippellijn ingetekend de afwate
ring van de Waard naar de Langereis via
de Oude Wetering en de Korte Langereis.
De doorgetrokken lijn geeft de grens aan
van de heerlijkheid Veenhuizen. Het rech
ter kaartje op de vorige pagina geeft de
waterafvoer weer via de Wester Langereis
en de Korte Langereis na 1539. Op beide
kaartjes zijn ook verschillende "braken" te
zien. De dijkjes hielden het dus wel eens
niet. Wanneer die braakjes zijn ontstaan is
mij niet bekend. Een paar namen; Noort
Braecie, Piet Deckers Braeckje, Cleijne
Braeckje en Braeckje.
Bij de inpoldering van de Heerhugowaard
(1629-1631) werden de dijken van de
Wester Langereis en de Korte Langereis
verbeterd. De Groenedijk werd ook verbe
terd, maar de Heer van Veenhuizen
Reinout van Brederode stond een sloot
langs de dijk niet toe.
Veenhuizen, met zijn eigen banne, een
schout, burgemeester en schepenen, moet
goede troeven in handen hebben gehad: zij
claimde bij de bedijkers van de Waert be
halve verhoging van de omloopdijk twee
nieuwe wegen waarvan de Clamwech -
nu Kerkweg - tussen de Groenedijk en de
Veenhuizerweg er één zal zijn geweest) en
twee nieuwe hekken. Door de nieuwe we
gen ontstond een betere weg\>erbinding
tussen beide polders5.
Omdat de grens tussen het water van de
Grafelijkheid (later de Waard) en van de
heerlijkheid Veenhuizen niet vaststond,
moest daar een oplossing voor gevonden
worden.
De Rekenkamer werd toen op 5 mei 1631
bereid gevonden een grensscheiding te
traceren en vervolgens werd bij brief van
den vrijheer van Veenhuizen d.d. 14
Januari 1632 bepaald, hoe de overige ver
houdingen tusschen zijn dorp en de regee
ring van de H.H. Waard geregeld
zouden zijn6
Op kavelkaart op de volgende pagina is te
zien dat de Kerkweg loopt van de Dijkweg
tot de kerk. Bij de andere kaart loopt de
39.
Kerkweg door tot de Groenedijk en sluit
aan op de Clamwech. Bij Sappewerf is op
de kavelkaart te zien dat daar de weg stopt
en bij de andere kaart loopt de weg langs
Sappewerf en sluit aan op het vervolg van
de Sappewerfweg. Er is gezorgd voor
een betere verbinding tussen de polders.
Op het linker kaartje is de grens met een
stippellijn aangegeven tussen Veenhuizen
en Heerhugowaard.
Het gevaar van overstroming kwam niet
alleen van de Waard. In de vroege ochtend
van 5 november 1675, tussen 4 en 5 uur,
brak de West-Friese Omringdijk bij
Scharwoude door.
Er was hier reeds tien jaar eerder op 5 de
cember 1665 een doorbraak ontstaan, die
niet behoorlijk was hersteld, wat West
Friesland duur kwam te staan. Er werd een
groot gat geslagen, vele roeden breed en
ca. 30 voet diep.
Het water overspoelde een groot deel van
West-Friesland en kwam tot de Langereis.
Alleen Wadway, Hoogwoud en Spanbroek
bleven nog droog, maar het lager gelegen
Aartswoud stond bijvoorbeeld wel onder
water. Samen met het Geestmerambacht
besloot de Niedorperkogge al op 6 novem
ber een dam te leggen in de Wester
Langereis op de plaats waar de Wester
Langereis en de dijk van de Heerhugo
waard bij elkaar kwamen. Men vreesde
namelijk, dat de Veenhuizerpolder het
water niet lang zou kunnen keren.
Ook werden de Langereisdijk en de dijken
langs de Heerhugowaard tot aan
Rustenburg zoveel mogelijk verhoogd en
verzwaard.
Na de laatste storm op 5 december vrees
de men toch dat de dijk langs de Wester
Langereis het water niet langer zou kun
nen houden. Op verzoek van de inwoners
van Veenhuizen ging men een tweede dam
in de Wester Langereis leggen, nabij
deVeenhuizermolen*. De Berkmeer
kwam wel onder water te staan, niet om
dat de dijk bezweek, maar door overslag
en doorsijpelen van water door de ring
dijk. Het waren tot nog toe noodmaatrege
len geweest, maar men wilde in de
Bedoeld wordt de
meelmolen, die op de
hoek stond van de
Wester Langereis en de
Korte Langereis, de mo
len heeft daar gestaan
van ca. 1566 tot
ca. 1755. De eerste dam
lag ter hoogte van de
Groenedijk in de Wester
Langereis. De tweede
dam lag bij het
Mal legal.