De bekendste is die van Middenweg 49
van Claes Smit. In 1810 kocht de uit
Nieuwe Niedorp afkomstige grof- en
hoefsmid Jan Met (-1836), gehuwd met
Trijntje Langedijk (-1859) zijn boerenhuis
ingericht als smederijIn 1841 verbrandde
de smederij. Jan bouwde er een nieuwe
stolpboerderij met een smederij en zuide
lijk ervan een wagenmakerij. Zijn klein
zoon, Jacob Met (1863-1932), werd een
bekende Heerhugowaarder. Zijn wagen
makerij liep goed, want in 1921 had hij
volgens de belastingopgave in dat jaar met
16.200 het hoogste inkomen in de
Waard. Als we dit vergelijken met burge
meester Wiebe van Slooten, ook niet de
eerste de beste, valt zijn inkomen wel erg
op. Wiebe moest het doen met 8.248. De
meeste Waarders zaten op een gemiddeld
jaarinkomen van 300 tot 400. Jacob
Met was dan ook niet zomaar een smid en
wagenmaker. Eigenlijk was hij helemaal
geen smid. Wel rijtuigmaker. Hij was
vooruitstrevend en ging met zijn tijd mee.
Geleidelijk ging hij over op het maken
van auto's, want hij voorzag dat er spoe
dig een tijd kwam waarin men geen wa
genmakerij meer nodig had. Hij bestelde
het kale chassis met een T-Ford motor bij
de Ford-fabrieken in Amerika en bouwde
daarop voor zijn klanten zelf een carrosse
rie, geheel naar de wens van de opdracht
gever. Kom daar nu nog maar eens om.
Hij leverde prachtige auto's af en het lak
werk kwam van de schilder G. Dirkmaat,
even verder aan de Middenweg.
Uiteindelijk bouwde Jacob Met personen
wagens, bedrijfswagens, ziekenwagens en
bestelauto's. In de jaren twintig van de vo
rige eeuw werd Heerhugowaard te klein
voor hem en in 1924 verplaatste hij zijn
bedrijf naar Alkmaar7
Jacob Met was niet de enige smid die een
wagenmakerij had. Op de hoek van de
Stationsweg met de Middenweg zat Jan
Oosterwijk (1876-). In 1903 kwam hij uit
Amsterdam naar de Waard. Hij was in dat
jaar getrouwd met Trijntje Huiberts (1876
1915) uit Alkmaar. Ze begonnen aan de
Stationsweg een smederij en Jan stapte al
snel over op het maken van wagens en rij
tuigen. Jan kon natuurlijk niet op tegen
Jacob Met, maar slecht deed hij het toch
ook niet als we zijn inkomen uit 1921 be
kijken. Hij zat met 1.060 toch ver boven
het gemiddelde. Een gewone hoefsmid zat
toen hoogstens op 600. Maar een blijver
was hij niet. Hij hertrouwde in 1920 met
Dirkje van Ameide en vertrok in 1921
naar Nieuwer Amstel.8 Op de plaats van
zijn wagenmakerij kwam de woningin
richting en stoffeerderij van P. Glas.
In De Noord heeft ook een wagenmakerij
gezeten. Frederik Mammen (1879-) kwam
in 1903 naar Heerhugowaard waar hij
trouwde met de in Heerhugowaard gebo
ren Trijntje Kuileman (1883-). Zij vestig
den zich in een pand tegenover de kerk in
De Noord, welke naast de boerderij
Harlingen, Middenweg 560 stond (waarin
de Boerenleenbank zat). Frederik begon er
een wagenmakerij. In 1913 verhuisde hij
naar de hoek Middenweg met de
Donkereweg en bouwde daar een nieuwe
wagenmakerijIn het pand dat hij achter
liet kwam het café van Bloothoofd, later
van Veldman. In 1921 vertrok Mammen
naar Zuid-Scharwoude. Zijn wagenmake
rij bij de Donkereweg ging naar
H. Disselhorst. Nu zit daar de motorhan
del van Jaap Snoek.
Aan de Middenweg voorbij de
Dionysiuskerk, ongeveer ter hoogte van
waar nu Kamp zit met de Multimate
Op deze foto uit omst
reeks 1920 zien we de
Middenweg met rechts
de afslag over de brug
naar de Donkereweg.
Rechts staat Frederik
Mammen met zijn doch
ter voor de door hem
gebouwde wagenmake
rij Middenweg 480. In
dit pand zit nu Snoek
motorhandel