punten van de kruidenier.
Verder westwaarts woonden de families
Groenveld, Vreeker, Epskamp, Meiten,
Swinkels en Kwaad. In het spoorhuis
woonde de seinwachter voor de treinen
Alkmaar-Hoorn en Alkmaar-Den Helder.
De Hoornse trein had een halte aan de
Middenweg. Bij het maken van een wan
deling aan het einde van het kilpad kwam
je bij de spoorlijn. Als je die overstak,
kwam je op het land van boer Appel.
Daar liepen 's zomers de koeien en tussen
de "vlaaien" door kwam je dan bij de
Westdijk.
Daarachter lag de ringvaart, één van de
toenmalige "zwembaden" van Heer-
hugowaard. Menigeen probeerde daar de
zwemkunst machtig te worden.
Ook was het goed viswater. Veel jongens
ging met hun visgereedschap, dat veelal
bestond uit een emmertje, hengeltje en
een potje wormen, naar de dijk om te
proberen "tuk" te krijgen.
Omreis je
Lopend op de dijk in zuidelijke richting
kwam je bij de Broekerhoek, een vroe
gere los- en laadplaats van voor de ex
port bestemde groenten. Er was aan de
kade altijd wel iets bij de boten te bele
ven.
Het laatste stuk van onze wandeling, als
kind noemden we dat ons "omreisje,
ging door de rijk beboomde Basserweg,
die vanaf 1948 Stationsweg genoemd
werd.
Halfweg passeerde je de Gereformeerde
kerk, die in 1917 in gebruik was geno
men. Verschillende inwoners, o.a. Arie
Brink, hebben aan de bouw gewerkt.
Bij de kruising met de Middenweg was
de meubelzaak van P. Glas (sinds 1928).
Daar aangekomen ging het weer linksaf
richting de steeds herkenbare toren van
de Dionysiuskerk.
Op je klompen, die weer enkele millime
ters waren afgesleten, kwam je thuis met
een flinke trek. Na zo'n "omreisje" ging
een lekker bordje stamppot of broeder
met stroop er wel in. Van overgewicht
had niemand last. Zo vlak na de tweede
wereldoorlog met de hongerwinter had
de jeugd nog geen kennis gemaakt met
patat, chatten en nintendo, maar genoot
van beweging en frisse lucht.
Bouw van de gerefor
meerde kerk aan de
Stationsweg in 1916.
Op de voorgrond links
bouwvakker Arie Brink