LIEF EN LEED ROND POLDERSLOTEN
Schaatsen, zwemmen en een enkele drenkeling
In de vorige eeuw, voordat de uitgebreide bouwactiviteiten
in Heerhugowaard begonnen (eind jaren '50, begin jaren
'60), had bijna ieder huisgezin een sloot voor, achter of
naast het huis. Langs de Middenweg, de Voddenweg (nu
Molenweg), de Rustenburgerweg, de Hondenweg (nu Van
Veenweg), overal waren sloten en vaak nog aan beide kan
ten. Voor de bewoners was dat heel gewoon en je groeide
er mee op.
Het was natuurlijk in de eerste plaats be
doeld voor opvang van regenwater, aan-
en afvoer van het polderwater en het ver
voer te water van de agrariërs. Later, bij
de stormachtige toename van de huizen
bouw en het dempen van veel sloten (zie
foto's), moest het waterbergend vermogen
in de gaten worden gehouden.
Maar zo halfweg de vorige eeuw bood de
sloot achter het huis veel mogelijkheden
voor ontspanning voor de jeugd. Je kon
schuitje varen, slootje springen, "pittevis-
sies" vangen met 'n netje of echt vissen
met een hengeltje. Het eenvoudigste vis-
gerei bestond uit 'n stok met 'n lijntje van
ijzergaren, waar aan het einde een worm
geknoopt zat. De dobber was 'n lucifers
houtje! Voor het varen op 'n vlot werd 'n
oude plank of deur gebruikt!
In de winter had je 'n eigen ijsbaan naast
je huis. Je kon priksleeën en schaatsen. Je
begon dan al heel jong met houten
schaatsjes, die je met 'n touwtje onder je
voeten probeerde te krijgen en te houden.
Als alles goed zat ging je achter 'n stoel
het ijs op en probeerde je je staande te
houden en vooruit te komen. Na veel val
len en opstaan kwam je soms 'n paar me
ter vooruit.
De grotere jongens hadden zogeheten
"nekkers" ondergebonden. Dat waren lan
ge houten schaatsen met 'n krul vooraan.
Ook waren er zogeheten "ruiters". Die
schaatsen waren iets hoger en werden met
leren riempjes bevestigd, die tegen de hiel
van de schoen gedrukt werden om wat
stevigheid te bieden. Alleen al het aan
doen van de ijzers was een heel ritueel.
Als je naar binnen moest, naar de wc,
klom je met ondergebonden schaatsen de
kant op en kroop op je knieën het huis in.
Daarna weer "geschoeid" slootwaarts.
Meestal dook er wel een plaatselijke on
dernemer op die plotseling 'n bordje voor
z'n huis had met de tekst: "hier schaatsen
slijpen", 'n kleine bijverdienste in het
winterseizoen. We hadden toen "nooitge-
dagt", dat er enkele tientallen jaren later
ook kunstschaatsen van dat merk zouden
bestaan, waarmee je zonder al dat "gef-
runnik" binnen enkele minuten stevig in
je schoenen stond en zo de baan op kon
zwieren. Op de ijsbaan "De Draai" op de
hoek van de Van Veenweg en de Oostdijk
Tekst: Annie Tamis-Lcian
Overal sloten langs de
wegen in de Waard.
Hier de Middenweg,
toen Middelweg ge
naamd, ter hoogte van
de huidige Kruseman-
laan.
In de verte de oude
Dyonisiuskerk
Sloten en bruggetjes,
Heerhugowaard zat er
vol mee.
Op deze foto het huis
van opoe Brink,
Middenweg 226. Het
wasgoed ligt op de
bleek