GESTUNTEL OVER GEMEENTEWAPEN
VAN KLEINE POLDERGEMEENTE
Over een gemeentewapen waarvan "Den Haag" geen
flauw benul had dat het bestond
Net als de meeste steden en dorpen in Nederland voert
ook Heerhugowaard een wapen.
Het gaat hier uiteraard niet om een wapen in de minder
aangename betekenis van het woord. Dus geen strijdmid
del, een voorwerp om in een gevecht te gebruiken, zoals
een lans, zwaard of geweer. Hoewel, in een breder ver
band heeft het wapen in de vreedzame betekenis toch wel
iets te maken met het geduchte wapen dat wordt gebruikt
bij zaken als machtsvertoon, onderdrukking, verdediging
of vergelding. Dit verband wil ik in het onderstaande na
der toelichten.
Het eerdergenoemde 'vreedzame' wapen
vindt zijn oorsprong in de riddertijd. Dit
tijdvak begint rond Karei de Grote (800)
tot circa1400. Na die tijd ondergaat de in
richting van de maatschappij een geleide
lijke verandering op het gebied van gezag
en bestuur.
Koninklijke zaakwaarnemers
Ridders waren in het algemeen gesproken
heersers over bepaalde gebieden die zij
bestuurden in naam van de koning of kei
zer. In tijden van oorlog waren zij ook een
soort krijgsheren die de koning als op
rechte vazallen (getrouwen) bijstonden in
de strijd. Het kon ook gebeuren dat zij
hun heer verraderlijk afvielen als een be
paalde uitkomst van een conflict voor hen
veel voordeel beloofde op te leveren.
Kortom, de kring van 'getrouwen' rond de
koning de ridderschap, was een groep
koninklijke zaakwaarnemers voor het
landsbestuur. Deze bevriende ridders
(ook leenmannen genoemd) droegen titels
als hertog en graaf en behoorden dus tot
de gezagsdragers in het land. Zij zorgden
voor orde en regel. Zulke gezaghebbende
lieden, de edelen, vormden met hun fami
lie, de middeleeuwse elite: de adel.
'Verplicht' oorlog voeren
De adel voerde niet zelden een grote staat
en gaf veel geld uit aan pracht en praal.
Geld, goederen en diensten voor de adel
stand moesten worden opgebracht door de
bewoners: boeren, kooplui en ambachts
lieden van hun rechtsgebied.
Zoals gezegd behoorde ook 'oorlog voe
ren' tot de verplichtingen van de vazallen
van de koning. Er waren genoeg conflic
ten die hun inzet eisten zoals grensge
schillen, erfopvolging of oproer onder het
gewone volk. De ridders trokken dan met
het nodige voetvolk ten strijde, te paard
gezeten en voorzien van lans of zwaard
en schild. Daarbij probeerden ze door het
dragen van helm, maliënkolder of harnas
eigen letsel zo veel mogelijk te voorko
men. Voor deze 'vechttechniek' was veel
oefening noodzakelijk en daar werd dan
ook veel werk van gemaakt. Er werd
daarbij ook geoefend met 'echte' wapens
zodat er regelmatig gewonden vielen. Dit
kon ook gebeuren wanneer er 'vriend
schappelijke', onderlinge wedstrijden wer
den gehouden onder de 'leerlingen' om te
zien wie er in zou slagen de meeste tegen
standers in het zand te laten bijten. Ook in
'vredestijd' en ook later, toen echte veld
slagen tussen troepen ridders tot het verle
den gingen behoren, werden ridderge
vechten als een soort sport beoefend en
ging het om eer en roem of de genegen
heid van een vereerde jonkvrouw.
In augustus 2005 werd er in het educatie
ve (pret)park "Archeon" in Alphen aan de
Rijn een riddertournooi op kleine schaal
gehouden met "eigentijdse" ridders (vrij
willigers!). Ik ben van dit toumooi getui
ge geweest omdat ik benieuwd was of
mijn beschrijving van en verdere opmer
kingen over zo'n tournooi aan de werke
lijkheid beantwoorden. Welnu, wat ik in
het Archeon gezien heb, stelde mij op dit
punt gerust. Vooral voor het jeugdige pu
bliek was het een aardig spektakel.
Toernooigeneugten
Deze krachtmetingen, riddergevechten
van 'man-en-paard' tegen 'man-en-paard'
vonden plaats tijdens toernooien. Deze
werden gehouden op een terrein bij een
kasteel of op het landgoed van een edel
man. Voor zo'n toernooi werd er veel zorg
besteed aan een veilige afbakening van
het 'strijdperk', aan riante plaatsen voor de
Tekst en beeld Ton Schotten