Willem van Graft 1891 -1952
Onderstaand "ooggetuigeverslag" werd geschreven door dhr. Marius Strijbis,
buurjongen en plaatsgenoot van Willem van Graft.
Deze boerenzoon werd geboren in de
Beemster en verhuisde later naar Heer-
hugowaard. Hij had geen zin in het
boerenvak - motoren en techniek was zijn
liefhebberij. Hij reed dan ook al jong een
Harley Davidsonmotor, dat ging behoorlijk
hard op de Middenweg!
In 1916 trouwde hij met mej. N. Molenaar.
Ze kregen twee dochters: Annie en Trien.
Pasgetrouwd vond Willem werk als chauffeur
en monteur op een melkfabriek in Hoorn, zo
dat de motorfiets goed van pas kwam. Op 1
augustus 1919 werd in Amsterdam aan de Pa
paverweg de beroemde ELTA gehouden: de
Eerste Luchtvaart Tentoonstelling Amsterdam
Hier was Willem als de kippen bij en hij wist
z'n baas, de directeur van de melkfabriek, op
te porren om mee te gaan naar deze tentoon
stelling. Deze man was ook heel enthousiast
over het vlieggebeuren en de vliegtuigen die
in Amsterdam te zien waren.
Fokker was al tijdens de Eerste Wereldoorlog
bezig met de bouw van vliegtuigen.
Jan Olieslager, een aviateur uit Antwerpen,
had in 1914 met succes enige rondjes boven
Amsterdam gevlogen. Zoiets was destijds
wereldnieuws! Tijdens de Eerste Wereldoor
log werden de vliegtuigen sterk verbeterd.
In 1914 gooide men bv nog 'met de losse
hand' bommen overboord en schoot men bij
luchtgevechten op goed geluk met een voor
op het vliegtuig geplaatste mitrailleur tussen
de propellerbladen van het eigen toestel door,
tot het natuurlijk mis ging en de propeller
werd geraakt.
Fokker kreeg opdracht van de Duitsers om
hier wat op te vinden en dat lukte. Na de
oorlog waren er in Duitsland nog veel
vliegtuigen, die volgens het Verdrag van
Versailles gesloopt en vernietigd moesten
worden, evenals andere oorlogsmachinerie
zoals kanonnen, kruisers, U-boten enz.
Handige jongens sloopten de vliegtuigen:
motor emit, vleugels eraf enz..
Fokker wist zelfs nog een spoortrein met
onderdelen naar Nederland te halen. Ook
Duitse oorlogsvliegers waren handig en
begonnen met rondvluchten voor passagiers.
Op de ELTA hoorde Willem van Graft
hierover. Nabij Deventer was een weiland
waar Duitse vliegers rondvluchten
organiseerden. Dit was toen echt iets
bijzonders en trok veel belangstelling.
Willem met zijn Harley was daar steeds te
vinden en spoedig had hij werk als monteur
en kreeg hij ervaring met de grote
vliegtuigmotoren.
Foto uit 1920
Op de foto op de voorpagina van deze
Overhaal, gedateerd 8 november 1920, is een
Albatros B3-toestel te zien met van links naar
rechts: Willem van Graft, zijn vader Jan van
Graft, zijn moeder Antje van Graft-Ooms, Ma
Bakker (buurvrouw?), broer Klaas van Graft,
Van Splunter, die mee mocht vliegen, en
broer Louw van Graft.
Het was net na de landing bij z'n vader op de
boerderij aan het zuideinde van de
Middenweg, vlak naast hoeve Zuidwijk
(destijds boerderij van de fam. Strijbis).
De staart van de Albatros staat op een bankje,
want de landing kon net op die weide, maar
het vliegtuig rolde wat lang door en kwam
pas tot stilstand in een diepe greppel. Hier
bracht Willem verandering in door het
staartwiel te vervangen door een koe-pen. Zo
stond het toestel sneller stil op gras.
Willem had het vliegen van de Duitsers
geleerd. Als hij een motor had gerepareerd
vlogen ze voor proef een paar rondjes.
Het toestel had een 120 PK motor, spanwijdte
12.80 m, lengte 7.76 m, gewicht 960 kg, snel
heid 185 km per uur.
2