Het boelhuis
over vroeger 2
doorG. Modder-Van Twisk
Al het overtollige gereedschap werd ge
schuurd, geverfd en in de olie gezet. Wij
leefden gespannen naar de grote dag toe.
Een notaris kwam in de karna- zitten voor
de afrekeningen. Haster, de gemeenteveld
wachter, was de afslager. Bovenop de bak-
wagen stond hij en overzag zijn publiek.
Met een kwinkslag en een plagerijtje pro
beerde hij de mensen tot bieden over te ha
len. Het ging hem goed af, want het
woordenboek van Haster had een heel bij
zondere inhoud.
De schrijver zat op het kret, de bestuurders
plaats, van de wagen. Achter in de dors
stond een soort koek en zopietent. Een paar
schragen, een oude deur en een paar ban
ken en klaar was de "tent".
Dirk Stammis(met z'n ene arm) en zijn
vrouw probeerden op een dergelijke manier
er iets bij te verdienen. Dirk had bij een on
geluk met een dorsmachine zijn arm verlo
ren. Met wat handel en boelhuisstandjes
verdiende hij een karige boterham. Net als
op het ijs verkochten ze chocolademelk en
korstjes.
Er was veel publiek op ons boelhuis. Wij
kinderen voelden ons gewichtig. Het was
nog mooier dan een kennis. Een erf vol
koopjes en overal mensen. De een kwam
voor het vee de ander voor wat bruikbaar
huisraad en dan de vodden en oudijzerhan-
delaars niet te vergeten. Een ieder zocht
naar iets van zijn gading.
Het waren bijna allemaal mannen die op
het boelhuis afkwamen. Op sommige man
nen die nogal wat goklust in zich hadden
werkte een boelhuis als een roulettespel.
Een plokkie (strijkgeld, premie) halen was
het doel. Maar even zo vele keren bleven
ze door een te hoog bod hangen. Lang werd
daar niet om getreurd, een volgende keer
beter!. Maar wel wacht de notaris in de ka
mer op de cental.
Het breedste komt achter. Een van onze bu
ren, ook een verwoede boelhuisklant,
kwam meerdere malen met iets thuis waar
ze geen behoefte aan hadden. Dit had weer
tot gevolg dat er b.v. geen ledikanten voor
het groeiende gezin gekocht konden worden.
Maar de jeugd sliep toen heel welgemoed
in een koets (of koes=slaapstee op de koe
gang). Moeder de vrouw zal evenwel ook
weieens bedenkelijk gekeken hebben als
haar man weer eens het "wild in de biene"
had en zonodig weer te boelussen moest.
's Avonds werd het erf opgeruimd en de
overgebleven rommel in brand gestoken.
Het feest was afgelopen.
5