-4- De Overhaal In de eerste nieuwsbrief van maart 1994 is verteld waar om voor de naam "De Overhaal" is gekozen: een verbinding in het informatieverkeer tussen de leden en de vereniging. Nu wat informatie over de overhaal als verkeerstechnisch apparaat om de verbinding tussen vaarwegen in stand te houden in het gebied van onze polder, de Heerhugowaard De ontginning van de veengebieden in de vroege middel eeuwen deed het land t.o.v. het buitenwater dalen. Men werd gedwongen het ontgonnen land te bedijken. De voortschrijdende bedijking had tot gevolg dat er vaar wegen moesten worden afgesloten. Om het scheepvaartverkeer toch te laten doorgaan is men al vroeg begonnen met het bouwen van een overhaal of overtoom op de in de vaarweg aangelegde dijk of dam. Het bouwen van een sluis was een kostbare aangelegenheid en had tot nadeel dat bij iedere schutting toch een aan zienlijke hoeveelheid water naar binnen kwam. Een overhaal bestaat uit een horizontale windas, die op de kruin van de dijk is aangebracht, op zodanige hoogte dat er een boot onderdoor gehaald kan worden. De as ligt in de lengterichting van de dijk. Een ketting die om de as wordt gewonden, wordt aan de voorsteven van de boot vastgemaakt. Over vaste of losse rollen wordt deze de dijk opgetrokken. Dan wordt de ketting naar de achtersteven overgebracht, zodat de boot aan de andere kant van de dijk weer in het water kan worden gevierd. Voor de inpoldering van de Waard en de Schermer was er op de Huygendijk in de uiterste ZW-hoek een overhaal, die Jan Boyens werd genoemd. Deze overhaal bediende het scheepvaartverkeer dat van en naar het water binnen de Westfriese Omringdijk ging en lag zeer gunstig als verbindingsschakel met Alkmaar. Door de inpolderingen werd deze overhaal overbodig. Het scheepvaartverkeer van de omliggende plaatsen over de Schermer moest nu de ringvaart volgen om in het Zeglis te komen.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Overhaal: historisch magazine Heerhugowaard | 1994 | | pagina 5