.eac
tie;
het vorige nummer
Redactie
We hebben weer veel enthousiaste reacties gehad op ons
vorige nummer. Over het verhaal 'Dramatische wending
in het leven van Willempje Schoon' kregen we een paar
belangrijke aanvullingen van Nico Vader.
Nico schreef ons: Dank voor opnieuw een prachtige uitgave
van jullie blad. Het ziet er weer geweldig uit. Vooral de geschie
denis van De Jonge Abram sprak mij erg aan. Eindelijk weet ik
nu wat gebeurde en waar de schipper is verongelukt". Tot mijn
spijt zag ik op blz. 8 en 9 wat onjuistheden in het verhaal. Het
verhaal gaat over een Langedijker Koftjalk, een "Lange(n)dijker
motor-kof" om precies te zijn (omdat het niet zeilend is maar een
motor heeft). Er staat in het verhaal, blz. 8, dat het is gebouwd
naar voorbeeld van een Langedijker aak, maar dat klopt niet!
Een Lange(n)dijker aak is verre van rond en heeft een platte kop.
Dit had moeten zijn naar voorbeeld van een houten Lange(n)
dijker kof-tjalk (of Damschuit). Zie het voorbeeld uit 1848.
Lengte verhouding van de Jonge Abram voor
en na de verlenging
Wie staan er op deze foto achter de R.K.-kerk?
Naar aanleiding van de vraag van Jaap Witte wie er op
de foto achter de R.K.-kerk staan kregen wij de volgende
reacties.
Annie Beemsterboer-Koenis, herkende de foto en schreef
ons: Ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de gemeng
de zangvereniging St. Caecilia is er in 2011 een boekwerk sa
mengesteld. Daarin is de foto opgenomen die gemaakt is in
1923 ter gelegenheid van het 12V jaar jubileum van de vereni-
Foto van de Jonge Abram rond 1990 met inzet ging. De namen, voor zover wij die hebben kunnen achterhalen
een motoraak met platte kop staan eronder vermeld.
November 2020
Voorbeeld van een Houten Lange(n)dijker kof-tjalk
(of Damschuit) uit 1848
Verder staat bij de foto van De Jonge Abram dat Jan Visser aan
het roer staat, maar dat kan niet, het schip is namelijk veel later
verlengd. (zie ook de afbeelding met grafsteen voor de lengte
verhouding van voor en na de verlenging). Wie er aan het roer
staat weet ik niet.
Wanneer het schip exact verlengd is weten we niet. Dat komt
niet uit de liggers naar voren. Zeer waarschijnlijk is dat in
1919 geweest omdat toen de sluis bij de Zeswielen in de Hoorn-
se vaart te Alkmaar voor het eerst werd verlengd, tot 20 meter
(in 1922 nogmaals, nu tot 26.40 meter). Bij verlenging van
dit soort schepen werd vaak een roefje op het voordek geplaatst,
zoals op de foto te zien is.
Het stuk sluit op blz. 9 af met: Ook wordt de grote grafsteen
betaald door Stoel met daarop een afbeelding van de Langedij-
ker aak erop.
Dat moet volgens mij toch zijn "een afbeelding van de Lan-
ge(n)dijker kof-tjalk".
Lange(n)dijker kof-tjalk