Het leven in de Kerkmeer
Volle bak in het Kerkmeerhuis
Voor de betrekking van machinist
was er naast het Kerkmeergemaal
een woonhuis in eigendom van
het waterschap, dat Kerkmeerhuis
werd genoemd. Naast een salaris
mocht de machinist hier vrij wonen
en gebruik maken van het bouw
land eromheen. In 1936 zijn mijn va
der en moeder getrouwd en gingen
samen in de dienstwoning wonen.
In het Kerkmeerhuis zijn in de eer
ste periode 4 kinderen geboren. Dat
zijn Aagje, Henk, Bram en Coba. In
1944 zaten er ook twee Joodse on
derduikers ondergedoken. De Duit
se soldaten hadden een hekel aan
varen, en er was voor hun nooit een
boot beschikbaar. De onderduikers
waren dus betrekkelijk veilig in de
Kerkmeer.
In het voorjaar van 1945 raakte de
familie Veltum weg uit de Kerk-
meer. Vanaf dan tot 1952 had mijn
vader een andere baan en moest het
gezin de dienstwoning dus verla
ten. Er werd een boerderij gehuurd aan de Ambachtsdijk
in Oudkarspel. Gedurende deze periode werd de familie
Veltum groter en werden Jaap, Jan en Herman geboren. In
1952 werd mijn vader opnieuw machinist en verhuisden
Topografische kaart uit 1952. Bij nummer 1 bevinden zich het Kerkmeerhuis
en Kerkmeergemaal. Bij nummer 2 was het gemaal van de Dergmeerpolder.
Bij nummer 3 waren de aanlegplaats voor de bootjes en defietsenboet.
we weer naar het Kerkmeerhuis, waar mijn broers Kees
en Bert zijn geboren. Beneden was de woonkamer met
bedsteden, de slaapkamer van mijn ouders en de keuken.
Het huis werd op verzoek van moeder wat aangepast.
Op zolder zijn slaapkamertjes ge
maakt, en er kwamen een nieuwe
waterbak en een betere koeienstal
van steen.
In 1951 was familie Veltum al een flink gezin.
Op deze foto staan van links naar recht: (boven) Bram, Henk, Aagje (onder) Coba,
Herman, moeder Anne, Jaap, vader Jan Jacob en Jan Veltum. In 1954 werd broer Kees
en in 1958 broer Bert geboren. Uiteindelijk bestond het gezin dus uit 11 mensen.
Om bij het Kerkmeerhuis te komen
moest er gevaren worden, want
wegen over land waren er niet. We
hadden hiervoor een kloetschuit en
2 roeibootjes, waarvan eentje was
uitgerust met een Penta buiten
boordmotor. Met deze boot kon va
der naar de Dergmeerpolder varen
om daar de molen en het gemaal te
bedienen. Mijn vader runde naast
zijn baan als machinist ook een
klein gemengd bedrijf. In de win
ter stonden 4 koeien op stal in de
koeienboet.
In de zomer stonden ze in de wei.
Hij was ook tuinder en verbouwde
diverse tuinbouwbouwproducten
zoals aardappelen, spruitkool, boe
renkool, slabonen, snijbonen en
wortelen.
36
November 2020