J
an
em
een leven van wer.
sen en
sen
wer.
Herman Wijte
TLMC
Een zware hamer in zijn ene grote hand en met de andere
knuist probeerde hij een hoefijzer passend te slaan. Want
dat deed Jan ook. Illegaal besloeg hij de paarden die ach
ter aan de grote wilg waren vastgebonden. De dienders
waren erop uit om Jan te betrappen met zijn werkzaam
heden, want hij had hiervoor geen vergunning. De sme
derij, waar ook een travalje (hoefstal) was om paarden te
beslaan, werd niet gebruikt of soms een heel enkele keer.
De diender ving bot.
Witgoed
We schetsen hier een situatie van de jaren dat smederij
Mulder nog een begrip was voor velen uit de Langedijk
en ver daar buiten. Marie Kansen was de vrouw van Jan
en kwam uit Noord-Scharwoude, waar haar ouders aan
de Handelskade een kunstmesthandel runden. Ze huw
de met Jan en bestierde later de winkel die bestond uit
witgoed en allerlei kleine huishoudelijke apparatuur.
Eerder werkte de wat nors ogende maar hartelijke Gro
ninger (de Mulders kwamen uit Farmsum, bij Delfzijl)
bij Koninklijke houtfabriek Eecen als monteur/chauffeur.
Samen met o.a. Piet Witteveen werkte hij tegenover het
bedrijf in de (nog bestaande) woning/garage ten noorden
van de familie Wouter en Marion Eecen, aan het rollend
materiaal inclusief de Ford van de heer Jan Eecen. Maar
Jan Mulder wilde voor zijn eigen beginnen en huurde in
1947 het pand van Cor Butter aan de Dorpsstraat (nu de
doorsteek naar de Kasteelstraat).
Jan Mulder in
de Dorpsstraat,
lopend voor het
huis van Wouter
en Marion Eecen
Links boven de
werkplaats/
garage van Eecen
waar Boelo en
Jan Mulder
werkten
Op de achter
grond nog net
te zien café
Schilderman,
later Celavie
en nu
De Heerlijkheid
Je moet het ijzer smeden als het heet is
Er zullen heel wat tuinders en vele andere klanten en
passanten 'dank je wel' hebben gezegd tegen Jan Mulder
(1909-1960) van de smederij in Oudkarspel in de jaren
1947 tot en met 1969. De smid, een allrounder in zijn vak,
zal menig tuinder de helpende hand hebben geboden
als zijn Agria of koolvlet weer eens stuk was. En dat was
meestal net voor het weekend. Dan was het gauw: "Jan,
hij leit an de kant. Ken ik hem maandag weer gebruiken?"
De weekenden waren voor Jan met de 'Gouden oogst'-si-
gaar in het hoofd gewone werkdagen, zoals een maandag
of een vrijdag. Jan ging nooit op vakantie. Altijd stond hij
klaar voor zijn tuinders, zijn echte klanten. In zijn smede
rij, vol met gereedschap en machines, stond hij daar met
bezweet hoofd en pet boven het vuur.
De fikse wilg achter de smederij waaraan de
paarden werden vastgebonden om te worden beslagen
Achter het huis keuvelen over alles en nog wat
met v.l.n.r. Marie, buurvrouw Hart en Nel Kroon.
Olievaten met voorraad genoeg
20
Oktober 2019
o o o