Ontstaan van de Langedijk in de Middeleeuwen
Het Geestmerambacht en de verschillende
veenontginningsfasen. Vanuit de duinen
trok men oostelijk het veen in.
Tot de Rekere is waarschijnlijk de 1e fase.
De 2e fase ging tot de Zomersloot.
De 3efase tot de Winterweg.
De 4e fase betrof de strook tot de
oorspronkelijke Langedijk waaraan Oudkarspel,
Noord- en Zuid-Scharwoude werden gesticht.
Zowel de Zomersloot, de Winterweg als
het oorspronkelijke tracé van de Langedijk
lagen haaks op de kavelrichting.
De delgronden van Broek zijn ontgonnen
vanuit het zuidelijk gelegen Vronen.
Als je een kavelblok wilt ontginnen door het gra
ven van sloten moet je natuurlijk niet in de weg ge
lopen worden door loslopend vee. Die noord-zuid
gerichte sloot had ook de functie om te voorkomen
dat water van de oostelijk gelegen onontgonnen
veengronden over de nieuwe akkers zou stromen.
Vervolgens groef men vanaf die nieuwe noord-zuid
gerichte scheidingssloot (de achterdichting) haaks
hierop en parallel naast elkaar, de nieuwe kavelslo-
ten. De zo ontstane lange rechthoekige kavelblok-
ken waren oorspronkelijk ongeveer zo'n 20 hectare
groot en werden 'hoeve' genoemd (Diederik, 1989).
Dus van al die vele eilandjes in het Geestmeram
bacht, die we uit onze tijd kennen, was oorspron
kelijk nog geen sprake.
Gemengd bedrijf
Om het veen te kunnen ploegen, gebruikten de
boeren paarden. Dat week af van wat elders in Eu
ropa gebruikelijk was. Daar werden voor dit zware
werk vooral ossen gebruikt. Maar ossen waren te
zwaar voor het zachte veen. De lange rechthoekige
kavels waren noodzakelijk door de wijze van ploe
gen. Hoe langer een kavel des te minder hoefde de
boer met zijn ploeg te keren. De moderne 'keer
ploeg' bestond nog niet. De boer had in die tijd een
gemengd bedrijf. Naast akkerbouw (vooral graan-
teelt), had hij ook vee, dat hij om de mest voor zijn
land nodig had, want veengrond is weinig vrucht
baar. De omvang van de veestapel was afhan
kelijk van de kwaliteit en de oppervlakte van de
'wilde', nog niet ontgonnen veengronden, van de
meent dus. Deze gronden waren in het algemeen
van geringe kwaliteit, begroeid met allerlei opslag.
Bovendien waren zij door de slechte afwatering
vaak moerassig. De grote oppervlakte van het nog
Beneden de Vronergeest met daarboven een oudere
veenverkaveling die vanuit Vronen is ontstaan en begrensd
wordt door de Melksloot. Deze verkaveling raakt bij
de Bruggesloot de verkaveling van Zuid-Scharwoude.
In het gebied tussen de Melksloot en de Maaijersloot
lag de waaierverkaveling van Broek die de kavelrichting
van Sint Pancras (Vronen) deed aansluiten op
die van Zuid-Scharwoude.
30
Oktober 2014
i+ Oudkarspel
L+Zuld-Seharwoude
PETTEN
NIEDORP
SCHOORL
Veenhulzen
BERGEN
3c gronden
van Broek
OBDAM
WAARD
Axi ld Sctrfii"vvniïdo
BROEK:
St.Panr.ras