Toekomstvoorspelling uit 1968 van Jan Vlug
Mogelijkheden na de verkaveling
Van een aantal vormen van tuinbouw zijn de mogelijkhe
den onderzocht op het Proefbedrijf te Oudkarspel, waar
uit belangrijke informaties zijn verkregen. Er bleek onder
meer dat de grond in het Geestmerambacht ook geschikt
is voor groente- en bloementeelt onder glas. Fruitteelt is
door de sterke wind bijna onmogelijk. Voor de bloem
bollenteelt ligt het iets anders. Door de toenemende me
chanisatie in deze teelt, zoals het machinaal planten en
rooien, is lichte grond gewenst. Deze is echter ten dele
beschikbaar. Door middel van diepploegen, waarbij het
zand vanuit de ondergrond naar boven wordt gebracht,
is het mogelijk deze grond geschikt te maken. Maar deze
methode van werken is zeer kostbaar.
Voor de aanleg van glasopstanden ziet men tegen de
hoge investeringen op. Niettemin zullen er toch enige
glasbedrijven verrijzen. De vollegronds-groenteteelt zal,
mede door de jarenlange ervaring, ook na de verkaveling
weer een belangrijke plaats op de bedrijven innemen.
De situatie van de koolmarkt
De algemene marktsituatie ten opzichte van het verleden
verandert meer en meer. Konden we vroeger alleen spre
ken van een verkopersmarkt, nu is er echter alleen sprake
van een kopersmarkt. De verkoper, in dit geval dus de
tuinder, zal hiermee terdege rekening dienen te houden
en zich moeten aanpassen.
Omdat sluitkool verreweg het belangrijkste gewas is,
zullen we ons beperken tot dit gewas. De sluitkoolteelt
is zeer speculatief, waarbij de markt soms goed en soms
zeer moeilijk kan liggen. Doch mede door de lage kost
prijs blijkt deze teelt nog altijd aantrekkelijk. Door de
toenemende welvaart in Europa zal de vraag van de ver
se markt zich enerzijds richten naar de kleinere kool en
anderzijds naar gesneden verpakte kool.
Dit laatste dienen we in de gaten te houden met het oog
op de toekomstige E.E.G.-kwaliteitsnormen voor sluit-
kool, die zeker niet hoger (mogelijk zelfs nog lager) ko
men te liggen. Hierbij is het niet uitgesloten dat sluitkool
met een mindere kwaliteit, maar lagere kostprijs (in welk
E.E.G.-land dan ook geteeld), vrij over de grenzen kan
worden aangeboden.
Ook voor levering aan de verwerkende industrie is de
kostprijs een belangrijke, zo niet de belangrijkste, factor.
De bedrijven
Uit cijfers blijkt, dat het aantal bedrijven steeds minder
wordt en de verwachting is dat deze tendens doorgaat
tot de verkaveling. Het vollegrondsbedrijf zal volgens
de 'wenszittingen' ook na de verkaveling een belang
rijke plaats in blijven nemen. Voor de bepaling van de
bedrijfsgrootte moet men in de toekomst ongetwijfeld met
productieverhoging per man rekening houden. Dit zou
nu nog met méér oppervlakte per bedrijf kunnen worden
opgevangen.
De romantiek zal verloren gaan, zie Achterburggracht boven,
onder de Voorburggracht met R.K.-kerk
De tegenwoordige gebouwen kunnen ook
niet meer voldoen aan de eisen
24
Oktober 2014