Het rijk der duizend eilanden
Luchtfoto van Zuid-Scharwoude van noord (rechts) naar zuid (links). Onderaan de foto de Kooger kerk met het kerkhof.
Kilometers kloeten
In die tijd was het 's morgens een ware uittocht van kloe
tende tuinders, die onderweg waren naar hun akkertje
om de West. Om dat te bereiken was soms niet zo erg een
voudig. Zo'n akkertje kon gauw een aantal kilometers
van huis liggen. Minder prettig was dat op regenachtige
dagen. Er stonden geen schuurtjes, of wat je tegenwoor
dig nogal eens ziet een oude caravan, op de akkers. Een
optrekje van aardappelkisten met een summier dakje
moest beschutting bieden voor de al te hevige regenbui
en. Jan Dekker had voor dat doel een eenvoudig bouwsel
gemaakt, waarvan het dak bestond uit, van huis meege
brachte, golfplaten. Op twee planken in het onderkomen
konden precies vier personen plaatsnemen. Op een war
me zomerdag was daar ineens die onweersbui. Zorgelijk
had Jan, die die dag vergezeld was door zijn zoon, naar
de lucht gekeken. Het ziet er niet best uit Jacob. Er komt on
weer uit het oosten en dat gaat meestal hevig tekeer." Niet veel
later vielen de eerste spatten, die kort daarop overgingen
in een hevige plensbui.
Vader Jan en zoon Jacob zochten beschutting in hun
schuilhutje en kregen kort daarop gezelschap van twee
collega's, die op de tweede bank een plekje vonden. Ter
wijl het weerlichten niet van de lucht was en de donder
hevig rolde, kwam ook Jan Visser nog met zijn schuitje
aanvaren, in de hoop dat er voor hem nog een plekje in
de hut zou zijn. Jan Dekker had hem al aan zien komen
varen en riep hem toe: "Jammer Jan, er is geen plek meerWe
zitten helegaar vol." Jan Visser zag dat op dat moment ook
wel. Maar toen het weerlicht een bijzonder felle flits liet
zien, kwam hij ineens op een idee. Terwijl direct daarop
de donder rolde, hief hij zijn kloet omhoog en liet die met
een forse klap op het golfplaten dak terecht komen. "Die
is raak!", riep Jan Visser en verschikt sprongen de inzit
tenden van de schuilhut naar buiten. Het is duidelijk, dat
er daarna voor Jan Visser alle ruimte was. Hoe het ver
haal verder afliep is jammer genoeg niet bekend.
Openbare verkopingen
De akkertjes, die deel uitmaakten van wat later het
Duizend Eilandenrijk werd genoemd, hadden natuurlijk
allemaal een eigenaar. Zij werden ook verkocht of gin
gen in eigendom over door vererving. In die tijd kwam
het regelmatig voor dat er vrijwillige openbare verko
pingen waren, waar de akkertjes werden verkocht. Dat
vond altijd in een plaatselijk café plaats. De verkopingen
werden altijd druk bezocht en het was er daardoor gezel
lig. Bij dit soort verkopingen moest een notaris aanwezig
zijn. Die vertelde welk perceel er in de verkoop kwam.
Daarna nam de afslager het woord van de notaris over
en zette het perceel in: "Wie heeft erfl. 1.000,- over voor dit
gunstig gelegen akkertje?" Als het goed was, volgde daarna
een reactie uit de zaal van een gegadigde, die die prijs
Oktober 2013
35