I
T
4
ranged
an ingevroren
Kei*
i°io
Ronald van Schoorl
IJsoproer, ijs en emotie in 1929 met een Langedijker schipper!
IJsoproer in Burgerbrug. Al een maand lang vroor het dat
het kraakte. Het was januari 1929 en voor de vijfde keer
viel de vorst in. Vanuit Leeuwarden kwamen de eerste be
richten over de vierde Elfstedentocht en in Burgerbrug,
in de kop van Noord-Holland, besloot schipper Kees van
Schoorl dat zijn schip Trio4 lang genoeg ingevroren had
gelegen. De 'melkmotorschuit' was er niet in geslaagd
de Groote Sloot (spelling uit die tijd) open te houden en
het beurtschip van de Langedijker schipper kon niet meer
voor of achteruit. Het schip lag ingevroren voor de aanleg
steiger van de Coöperatieve Maalderij. Het bestuur van
de ijsclub Nut en Vermaak uit Burgerbrug had intussen
een verlichte ijsbaan op de Groote Sloot aan laten leggen.
Op een donderdagochtend verscheen van Schoorl op het
ijs met zijn potige zoon en zes paarden. Die kwamen van
Jaap van der Molen en zijn zoon uit Broek op Langedijk.
Als een lopend vuurtje ging door het dorp dat de Trio 4
de ijsbaan naderde. Een paar honderd man gingen boot
en paarden tegemoet en weldra klonk luid "Halt, niet
verder!" Zonder slag of stoot werd deze 'laffe' onder
neming tot stilstand gebracht. Van Schoorl was niet erg
populair in het dorp. De schipper vond niet het medele-
ven dat iemand zou hebben genoten die als broodvechter
genoodzaakt was het ijs open te breken. Hij trad nogal
onverschillig op, waardoor de stemming tegen hem zo
verbitterd werd, dat hij nog juist bijtijds zo verstandig
was om met de ijsvernieling op te houden. De bevolking
van Burgerbrug vergaderde in de herberg en besloot
voor alle zekerheid de brug te barricaderen. Inmiddels
was ook de burgemeester gearriveerd, de schipper eiste
vrije doorgang! Desnoods met assistentie van de politie,
die onder leiding van een majoor en vijf onbekende veld
wachters op het toneel van het ijsoproer was verschenen.
De burgemeester kon geen enkele bepaling in de wet of
het polderreglement vinden, dat van Schoorl in het onge
lijk stelde. In die tussentijd was de volkswoede zo hoog
opgelopen, dat hij besloot voorlopig niets te onderne
men. Maar van Schoorl was vastberaden om zijn schip
naar Langedijk te halen.
Op zaterdagochtend liet hij verhuizer Hoed uit Alkmaar
komen met de opdracht om zijn schip door het ijs te trek
ken. Hoed, die niets wist van de incidenten van donder
dag, reed met een knecht naar Burgerbrug.
Toen hij het dorp binnenreed vroeg een boer hem meteen
Oktober 2012