De L
vaanweg van
de jaren vijfti
Dirk van der Woude
Inleiding
Als jochie van een jaar of zeven, acht moet het geweest
zijn dat ik voor het eerst op de fiets op bezoek ging bij
mijn oom en tante aan de Laanweg. Voor die tijd was ik er
al een paar keer geweest met mijn vader en moeder. We
woonden in Sint Pancras, gemeente Koedijk, en we moes
ten, voor zover ik mij herinner, nog langs de Spoorstraat
dat toen 't Weggie werd genoemd. Daarna over de oude
Roskambrug naar de Laanweg. Volgens mij was die Ros-
kambrug nog helemaal van hout gemaakt. Daar moest
vóór 1936 al het verkeer voor Heerhugowaard-Noord en
de Niedorpen overheen.
De oude houten Roskambrug die de verbinding
vormde tussen de Spoorstraat en de Laanweg
Vanaf de oude Roskambrug kijken we de Laanweg in. Rechts
de vier later gesloopte woningen van de firma Verburg.
De Laanweg met zijn huizen en bewoners
Als je de brug overkwam, was je in een heel andere om
geving. De eerste zeventien huizen aan de linkerkant
werden in de twintiger jaren gebouwd. De oostelijke helft
in de jaren tussen 1928 en 1932 en de allerlaatste nog een
paar jaar later. Kwam je vanuit de Spoorstraat aanrijden
dan stonden er aan de rechterkant vier woningen van
Verburg. Daarvoor moet op die plek een boerderij heb
ben gestaan. De tweede boerderij staat er nu nog, maar
de vier woningen zijn gesloopt toen de ringsloot werd
verbreed. Er kwam toen tegelijkertijd een sluis (de Ros-
kamsluis) en de ringsloot werd kanaal genoemd. Verder
op, ongeveer halfweg, stond rechts nog de woning van
de oude familie Smit. Ik weet nog dat dokter Van Heste
ren uit Warmenhuizen met paard en wagen kwam als de
oude vrouw ziek was.
Mijn belangstelling voor dit weggetje werd nog groter
toen ik in 1940 voorgoed bij mijn oom en tante De Geus
aan de Laanweg kwam te wonen als pleegkind. In 1952
heb ik met Trijnie Brugman een gezin gesticht en woon
den we tot 1958 op de Spoorstraat. Daarna verhuisden
we naar de Laanweg waar we de woning van familie
Moeijes hadden gekocht.
Het weggetje bestond uit een in het midden liggend paar-
denpadje van 60 centimeter breed met aan beide zijden
een beetje steenslag dat wat verharding moest geven. Dat
was toen voldoende want er was geen ander vervoer dan
met paarden. Aan beide kanten van de weg lag een sloot
je met naar elk huis een bruggetje. Dit leverde een mooi
plaatje op. Het was net een klein dorp. Iedereen kende
iedereen toen we daar woonden. Links beginnend had je
de woning van de familie Hink. In de eerste jaren waar ik
van weet, was dit een oude boerderij die gebouwd was in
1864. Ome Freek Hink en tante Iet Heneweer hebben er
nog enkele jaren in gewoond.
34
Oktober 2011
O O O O