Kerk- en Dergmeergemaal het behouden waard
De drie poldertjes op een kaart uit 1852. Let op de plaats van de molen links boven bij de 'O' van het woord Oudkarspel.
Het bestaan van een instrument dat water uit kon wer
pen, was al geruime tijd bekend zoals blijkt uit de op
dracht van de graaf van Holland, Willem VI (1404-1417),
aan de Heemraden van Delfland. Hij gelastte ze om eens
poolshoogte te gaan nemen in de buurt van Alkmaar
waar Floris van Alkemade en Jan Grietens één van de
eerste watermolens hadden ontworpen. Hoe de molen
er heeft uitgezien is helaas niet bekend, maar meer dan
een eeuw later was er vermoedelijk genoeg aan verbeterd
om het plan van Jan Jansz en Willem Jansz tot een goed
einde te brengen.
We weten dit omdat er een document bestaat uit 1542
waarin de visser(s) van de Dergmeer protesteren tegen
het verlies van hun broodwinning.
Vanaf die tijd ontstaat in Noord-Holland de ene na de an
dere droogmakerij, al duurt het tot de zeskantige boven
kruier is uitgevonden en het doorzettingsvermogen van
Jan Adriaansz. Leeghwater en zijn opdrachtgevers vóór
men zich aan de grote meren de Beemster, de Schermer
e.a. gaat wagen.
De naam Dergmeer doet vermoeden dat de bodem van
het drooggevallen meer heeft bestaan uit derg of darg,
een veenachtige modderige substantie. Door vermenging
met de onderliggende zavelachtige grond (half klei half
zand) verkreeg men een goede cultuurgrond die vooral
geschikt is voor de tuinbouw.
Vanaf de tijd dat de meertjes droog waren, zijn de
Dergmeer en de naburige Kerkmeer door hun 'eigen' mo
len droog gehouden. Wat voor soort molens er stonden
en hoe het reilde en zeilde is tot heden niets van bekend.
Het duurt tot 1864. Vanaf dat jaar worden de beide pol
ders bemalen door één schepradmolen. De molen stond
op de rand van de Kerkmeer op de plek waar ook het
huidige gemaal staat. De verbinding met de Dergmeer
en het Kromwater was geregeld door middel van duikers
annex verbindingssloten. Vóór het jaar 1895 is het schep
rad vervangen door de meer effectieve vijzelbemaling,
een uitvinding uit de achttiende eeuw.
In 1914 verbrandt jammerlijk de Kerkmeermolen. Men
gaat over op een meer moderne manier van bemaling.
Oktober 2007
35