D
t
enk-- en
erenieeirgeniaa.
ne
Ibenonc
Hen waarc
Verbrand in een kwartier
i
Het nieuwe dubbele woonhuis in aanbouw
De herbouw
Op de plaats van de boerderij kwam niet meer opnieuw
een stolp terug. In 1962 werd een dubbel woonhuis ge
bouwd (nu Dorpsstraat 773 en 775). De familie Rijkes
keerde terug op de oude plek.
Aan de zuidkant kwamen Vader en Moeder te wonen,
met aan de noordkant hun oudste zoon Piet
Jammer is dat de boerenstolp niet als zodanig is her
bouwd, maar in 1959 werd er anders over gedacht dan
heden ten dage. Een dubbel woonhuis met losstaand be
drijfsgebouw werd als veel praktischer ervaren.
De waarde van historie werd toen veel minder erkend
dan nu en van karakteristieke dorpsgezichten had men al
helemaal niet gehoord. De linker woning van het dubbel-
woonhuis wordt nu nog steeds bewoond door de familie
Ben Rijkes en de rechter kant door de jongste dochter van
Piet, met haar gezin.
Bronnen:
Gegevens van de familie Rijkes
via Ben Rijkes te Oudkarspel.
Krantenbericht uit juni 1959.
Foto's Herman Möller, brandweercommandant Rutsen en
Dirk Rijkes jr.
Wijb Ouweltjes
In de zestiger- en zeventiger jaren van de vorige eeuw
is het gehele gebied van het Groot Geestmerambacht
verkaveld. Daardoor zijn er nog maar weinig plekken te
vinden waar de graafmachines met hun gladstrijkende
werking aan zijn voorbijgegaan.
Eén van die plekken is gelegen ten westen van Oudkarspel
aan de Kerkmeerweg, waar deze met een bocht van on
geveer negentig graden naar het westen afbuigt. Op het
iets boven het omringende land uitstekende, met knoes
tige bomen versierde stukje grond van nauwelijks een
halve hectare groot, staat een uit 1916 daterend, enigs
zins beschadigd gebouwtje. Vanuit dit gebouwtje werd
de onderbemaling van een drietal héél oude droog-
makerijtjes geregeld, tot rond 1970 het waterpeil in het
Geestmerambacht tot één niveau werd 'gedegradeerd'.
Deze droogmakerijtjes zijn achtereenvolgens:
de Dergmeer droog 1542, 43 Ha de Kerkmeer
(droog 1547, 61 Ha) en het Kromwater (droog 1546, 17
Ha). Het waren meertjes die zijn ontstaan in het mid
den van de dertiende eeuw toen het Geestmerambacht
regelmatig werd geteisterd door overstromingen, iets
dat niet meer gebeurde na de definitieve sluiting van de
Westfriese Omringdijk rond 1320. In de ontstane meertjes
zwom de vis vrolijk rond, tot genoegen van de broodvis
sers uit Oudkarspel. Zij zetten 's morgens vroeg hun fui
ken en als zij ze de volgende dag lichtten, was de bun in
de boot weer vol. Dat werd anders toen Jan Jansz., baljuw
van de Nijenburg en schout Willem Jansz. uit Alkmaar
hun begerig oog naar het noorden richtten. Zij hadden
landhonger en besloten dat om te beginnen de Dergmeer
best drooggemalen kon worden.
34
Oktober 2007