Verbrand in een kwartier De brandweer is aan het nablussen. Alleen de muren en het vierkant staan nog overeind Dirk en Ben vonden onderdak bij Dokter de Wit. De zus sen konden in hun werkhuizen slapen. Na het eerste weekend bij buren en kennissen te hebben gewoond, verbleef het gezin Rijkes in een door de gemeente gevor derde woning, naast slager Henk Mooij (later Kooter en meer recent Vredevoort) in Oudkarspel (nu Dorpsstraat 910). De verzekering De stolpboerderij was om praktische reden bij twee maat-schappijen verzekerd. Het woongedeelte bij Woudsend, het achterste stuk (het bedrijfsgedeelte) bij de Rotterdamsche Lloyd. In deze aparte verzekering school het probleem. Woudsend stond namelijk geen geschei den verzekering toe. Het zou drie jaren duren voordat de familie Rijkes in staat werd gesteld hun woning te her bouwen. Het is wel zeker dat dit nooit zou zijn gebeurd als de firma Eecen niet in dit conflict zou hebben bemid deld. Met het geld van de andere verzekering kon het be- drijfsgedeelte worden herbouwd door Riek Tauber. Het werd de vorm van een luchtgekoelde schuur. Een jaar na de brand, in september 1960, kon die reeds in gebruik worden genomen. De waarde van verbrande inboedels (t.b.v. de uitzetten waren er aparte polissen), die even eens bij de Rotterdamse Lloyd verzekerd waren, werd bijna direct uitgekeerd. De geplande trouwerijen konden daardoor toch doorgang vinden. De achterzijde van het nieuwe koelhuis vanaf de Voorburggracht gezien Het geldkistje Toen de ergste hitte was verdwenen, werd uit de rokende puinhopen nog een geldkistje gered. De inhoud kon later bij de Nederlandsche Bank met behulp van röntgenstra len worden vastgesteld en alsnog worden vergoed. Het geld werd zonder kosten uitgekeerd en de brandverzeke ringspolissen konden nog grotendeels worden gelezen. In het geschil over de opstalverzekeringen heeft dit een positieve bijdrage geleverd aan de oplossing. Oktober 2007 33

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Van Otterplaat tot Groenveldsweid - Langedijk | 2007 | | pagina 34