^Motorc
ILuiive
door Jan IJff
Inleiding
In het begin van het jaar 1900 kwam de auto als vervoer
middel op de markt. Dit was echter voor de meeste mensen
een zeer luxe en kostbaar bezit. Een fiets was in die jaren al
een rijk bezit en werd als iets kostbaars beschouwd.
Men was immers gewend om heel veel te voet te doen.
Op een kaartje uit 1865 van het dorp Zuid-Scharwoude is
te zien dat de afstand wordt aangegeven in "een halfuur
gaans" waarbij men dus uitging van een half uur lopen.
Kijkend naar de schaal op het kaartje kon je van Broek tot
Noord-Scharwoude in een kwartier dus afleggen. Een fiets
was dus al heel wat.
Opkomst motorfiets
Ongeveer gelijktijdig met de opkomst van de auto kwam
men ook op de gedachte om de fiets te motoriseren. Dit
kon echter eerst nadat een licht soort motor was gebouwd
welke geschikt was voor plaatsing op de fiets.
De gedachte hierachter was dat de auto voor velen een on
haalbare en te kostbare zaak was en dat de motorfiets voor
de gewone man haalbaar moest zijn.
Uitgegaan werd van een lichte benzinemotor. Allerlei ver
beteringen in de constructie werden aangebracht, zoals de
trapas welke werd vervangen door voetpedalen.
Er werden kleinere wielen gebruikt en zwaardere banden
en er volgden nog vele verbeteringen.
Bijvoorbeeld een voorvork die verend werd gemaakt om
de oneffenheden in het wegdek zoveel mogelijk te beper
ken. Tegenwoordig is ook het achterwiel verend bevestigd.
Zoetjes aan werd de motor populair en deed haar intrede,
maar voor de gewone man bleef het een kostbare aanschaf
en kon het tot een elitesport worden gerekend.
Het dorp Zuid-Scharwoude in 1865. Rechtsonder staat de schaal aangegeven en daaronder de streep van een half uur gaans.
Oktober 2005
43
,SpO(rr-n>ey
Stroairui
Ullü Kmp«l
OUD KARSHEL
iVOORU-S Vffh It WO VI) K
Soortlf,' Soharwoudr
HUGO
WAARD
BROEK op jy GE DIJK
fflrpdt op
L&ii|edijk
Koedijk
Sf Panera*