Langedijker veldwachters. Het feit dat zijn vrouw uit deze omgeving kwam zal daar aan niet vreemd zijn geweest. Jan Boon staat afgebeeld op de foto bij de Noordscharwouder rijksveldwachter Van der Molen. (pagina 49). Frederikus Hermanus Prins gemeenteveldwachter Een veldwachter die nog steeds tot de verbeelding spreekt is Frederik Prins. Op 17 november 1884 kwam hij ter we reld in Dokkum. Voordat hij in februari 1918 de functie van veldwachter in Zuid-Scharwoude aanvaardde, kwam Prins uit Sloten. Het is nog onduidelijk of hier Sloten in Friesland of bij Amsterdam wordt bedoeld. Met hem ves tigden zich zijn vrouw Pietje van der Schaaf en schoonmoe der Geeske de Vries zich in het Langedijker dorp. Heel lang heeft de familie Prins het huis op Dorpsstraat 436 bewoond. Een voorval dat goed illustreert hoe de verhoudingen tussen gezag en burgerij lagen is het volgende. Slager Toon Mooij fietste op een keer 's avonds zonder licht door het dorp. Prins bemerkte deze overtre ding en riep Mooij na: "Je hebt geen licht, ik moet je bekeuren!" "Ik heb gien toid," riep Mooij terug,"neem maar een borreltje van me in De Rooie Leeuw!" Dat vond Prins een prima op lossing. Het was bekend dat de wetsdienaar niet vies was van een borreltje. Hij spoedde zich dan ook naar de kastelein Piet Kramer en bestelde een 'hasse- bassie', zoals de slager had aan geboden. Enkele weken later, toen Mooij het voorval al lang weer vergeten was, kwam deze in het café. "Zeg Toon," zei Kramer, d'r staan nag voif borreltjes van je te betalen." "Dat ken niet, ik ben hier in gien weke weest." "Prins heb ze op jouw koste opdronken. Je hadde zoid dat 't goed was." "Ja ientje, maar gien voif," zei de slager gepikeerd. Bij de eerstvolgende gelegenheid sprak Toon Mooij de veldwachter hierop aan. Prins verbouwereerde er echter niet van en zei: "Ik heb je na die eerste keer nog vier keer zien fietsen zon der licht." Ook van veldwachter Prins werd verwacht dat hij toezag op naleving van de sluitingstijden. Maar toen hij op Ko ninginnedag café De Schelvis binnenstapte, zat de stem ming er nog opperbest in. De bandleider wenkte Prins naar de beun, gaf hem een borrelglaasje en tapte dit vol jenever. Het borreltje verdween bliksemsnel naar binnen, Prins streek zijn martiale snor netjes op, zei keurig goe denavond, salueerde en verdween naar buiten. Een kwar tier later verscheen hij weer, waarna zich hetzelfde ritueel herhaalde. Bij de samenvoeging van de vier dorpen tot gemeente Langedijk kreeg Frederik Prins de functie van gemeente bode toebedeeld. Op 14 februari 1958 werd Frederik Prins uitgeluid als gemeentebode van Langedijk. We zien hem hier staan temidden van het bestuur en personeel van het gemeentehuis in Noord-Scharwoude. We zien verder staan: Vooraan v.l.n.r.: 1.Halm, 2.Beumer, 3.Jac.Weel (wethouder), 4.Maarten Kuiper (wethouder), 5.Frederik Prins (oud veldwachter/bode), 6.H.Schelhaas (burgemeester), 7.A.Dockheer (gem.secretaris). Dan beginnend achter Jac.Weel, schuin oplopend: 1.Cees Boon, 2.v.d.Mey, 3.Kuyper. Beginnend recht achter M.Kuiper: 1.Bram de Feyter, 2.Gurie Reynders, 3.Jules Huitema, 4.Duyves. Achter Prins: links Wim de Leeuw, rechts J.Lesterhuis. Boven Lesterhuis: Nico Snijder. Boven Schelhaas: L.van Erkelens, J.A.Zielstra. Aan de rechterkant naast Dockheer omhoog: J.de Jong (gem.architect), 2.Cor Berkhouwer, 3.Kuilboer, 4.Klaas Bouwens. Tot 1958, toen Jan IJff deze functie kreeg, vervulde Prins deze baan. Bij de overdracht kreeg Jan haarfijn uitgelegd hoe hij moest omgaan met het rondbrengen van vergun ningen aan caféhouders. Prins bracht ze namelijk liefst zoveel mogelijk apart weg, waardoor hij bij elke gelegen heid kans maakte op een gratis borreltje. Jan bedankte zijn voorganger voor de tip, maar liet wel weten zijn werk nuchter te willen uitvoeren. Bij die gelegenheid vertrouw de Prins hem tevens toe in zijn leven naar schatting 3000 liter jenever te hebben genuttigd. 52 Oktober 2004

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Van Otterplaat tot Groenveldsweid - Langedijk | 2004 | | pagina 53