B. 0 tot 1945 e oiUdJ osepiige^e vereniging Tan .en- door ]ac. Bruyn Inleiding De komst van de industrie in verschillende landen veroorzaakte rond de jaren 1850 een trek van jonge man nen naar de steden waar de industrie gevestigd werd. Deze jongens, veelal afkomstig van het platteland, onder vonden de kwalijke zaken die in een industriestad op hen afkwamen. In hun vrije tijd slenterden velen doelloos rond en zagen de zedeloze praktijken en sociale wantoe standen welke een ongunstige invloed op hen oefende. Oprichting gezellenverenigingen In Duitsland was het kapelaan Kolping die dit zag gebeu ren en hij begon deze jongens op te vangen in lokaaltjes en gaf hen godsdienstonderwijs. Hij liet ze nuttige bezig heden doen met zang, sport en spel, houtsnijwerk, schilderen en studeren. Het werd een grote organisatie die ook in andere landen tot ontplooiing kwam, zo ook in Nederland. In verschillende plaatsen werden rond 1900 ook hier gezellenverenigingen opgericht. In Langedijk was dat in 1920. Organisatie De organisatie bestond uit een raad van bestuur, bestaan de uit een vijftal wat oudere parochianen met de praeses (de pastoor) als voorzitter. Deze raad hield toezicht op de financiële zaken. Er werd voor de godsdienstige vorming een Vice praeses aangewezen (een kapelaan) die met een raad van commissarissen (gekozen leden) en een apart gekozen senior het bestuur vormde. Dit bestuur regelde de dagelijkse gang van zaken betreffende de gods dienstige en culturele vorming, de ontspanning, vergade ringen en speciale bijeenkomsten. De Vice praeses was als een vader waar men altijd met vragen of moeilijkheden terecht kon. De vereniging had een eigen zaal tot hun beschikking. De parochie had voor het verenigingsleven café-restaurant 'De Burg' aangekocht. De gehele westzijde hiervan was toen een lange zaal waar twee biljarts stonden en een tennistafel. Verder een grote leestafel en verschillende kleine tafels om te dammen, schaken, kaarten of domino te spelen. De gehele zondag na de hoogmis en op woens dagavond was de zaal open. Men betaalde daar een geringe contributie voor, welke werd geïnd door een dienstdoende commissaris. De vereniging bestond uit ongeveer 150 leden. Iedere parochiaan tussen de 16 en 25 jaar oud was er lid van. Misdienaarsuitje naar Volendam in 1932. Staande v.l.n.r.: Ï.Hein Leering (koster), 2.Piet Bruijn, 3.Niek Kramer, 4.Kapelaan Oudshoorn, 5.Kees Komen, S.Willem Kuin (leider), 7.Dirk Kramer, 8.Gert Hoogeboom (chauffeur), 9.Antoon Bruijn, lO.Cor Kaag, 11.Jan Weel Azn. Vooraan: 1.?, 2.7, 37, 4.Louis Henselmans, 5.7, 6.7, 7.Jan Groen Jbzn, 8.W.Kuin Wzn. Oktober 2003 19 O O

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Van Otterplaat tot Groenveldsweid - Langedijk | 2003 | | pagina 21