m i'
1/em rit naar liet station
.HleeFliiiffowaaFcl in
door Cor Oudendijk
Het doorkijken van oude foto's levert heel vaak inspiratie
voor een terugblik in het verleden. Ik was acht jaar toen
ik voor het eerst een fiets kreeg. Nou was 't thuis geen
vetpot, geld voor een fiets was er zomaar niet, dus moest
er door mijn vader een paar keer worden overgewerkt.
De fiets kostte rond de tachtig gulden (we schrijven 1962)
en een deel daarvan moest ik wel uit mijn spaarpot
betalen, een kleine dertig gulden meen ik. Nadat ik
fietsen had geleerd in de Koog, kon ik vanaf dat moment
zelf meefietsen, vooral naar station Heerhugowaard.
Over de rit daar naar toe gaat in hoofdzaak mijn verhaal.
de Boer' was net in die jaren nog een kleine speeltuin, die
korte tijd later camping 'De Duizend Eilanden' van Rem
Komen zou worden. Bij de kerk hield de bebouwing van
de Koog op en over de brug begon het Kerkepadje.
Op de nieuwe fiets bij het hek.
Echt ver weg ging je in die tijd nog niet, een dag naar
Hoorn was al een flink uitje. De fietsen werden uit de
werkplaats gehaald (de schilderszaak was net beëindigd)
en de fietstocht kon beginnen. Bij 'De Roode Leeuw",
waar m'n moeder regelmatig Nelie Kramer en 'tante
Klazien' hielp, gingen we de Koog in. Ik verbaasde me
altijd over de hoge populieren die er stonden. Als kind
lijkt alles trouwens wel groter dan op latere leeftijd. Over
de Roosterbrug zag je links de oude boomgaarden staan,
het oude huis van Dirk van Kleef en café 'De Schelvis'.
Rechts het huis van Reinders en het doktershuis van
dokter Wilmink, waar ik een paar jaar daarvoor bijna
verdronken was in de vijver. Klaas Metselaar had nog
niet zo lang geleden een nieuw huis gebouwd op de
plaats van een oude boerderij. Er tegenover had ik op de
oude Lagere School in het rechter lokaal nog op de
kleuterschool gezeten bij Juf Zeeman. De school stond er
nog net zo, evenals het oude cafeetje van Ben van der
Vliet. Het stokoude huis van Sijbrand Beets vond ik altijd
erg interessant. In de muur zaten muurankers met het
jaartal 1752. Als je als kind stiekem door de ramen keek
dan zag je een grote foto op tafel staan. Later hoorde ik
dat daarop zijn zoon stond die in Indonesië was omgeko
men. Op de plek waar een paar jaar later de Wilgenlaan
zou komen stond een houten boetje dat in gebruik was
als 'garage' van Nic. Jonker. Op de oude 'weid van Klaas
Het oude Kerkepadje links met rechts
de later aangelegde rijweg die nu Langebalkweg heet.
Ondanks de klinkerweg, die evenwijdig aan het oude
betonpad lag, bleef de naam Kerkepadje gehandhaafd.
Links strekte zich een hele rij oude huizen uit waarvan ik
van de meeste wist wie er woonde. Glas, Engel, Bergen,
Tesselaar, Hessing, Komen, Schoenmaker, Stapel, om er
maar een paar te noemen.
Rechts keek je tot aan de Broekerhoek toe over sloten en
akkers. Klaas Hessing had op een akkertje een vissers-
boetje gebouwd, vlakbij het 'Waie gat'. Aan de rechter
kant van het Kerkepadje stond maar één gebouw en dat
was de boet van Jan Groen. Hier ging je al de 'klucht' van
de Langebalk op en zag je links het 'watermechien' en
rechts het huisje van Klaas Hart. Hier speelde ik als kind
vaak in die tijd met Peter Hart, een zoon van Klaas.
De zogenaamde boet van Jan Groen, die vlak voor de platte
betonnen brug rechts van de weg stond.
12
Oktober 2003