De L ^TULlZetllip door Jan IJff Inleiding Als dat woord soms in een gesprek wordt gebruikt, kijkt een niet Langedijker je vreemd aan. Als je dan vertelt dat het Noordeinde van Oudkarspel zo werd en soms nog wordt genoemd, dan denkt men al gauw aan een luizen plaag die daar was uitgebroken. De werkelijke reden was heel anders. Als we het verhaal uit het verleden mogen geloven dan is het zo geweest dat er in vroeger dagen een herberg of pleisterplaats was aan het noordeinde van Oudkarspel, waar een herbergierster de scepter zwaaide. Ze droeg de naam van Louise Knip. U ziet de verbintenis al met haar naam. De naam Luizeknip is op die manier dan heel verklaarbaar. Er is ook nog wel eens gesugge reerd dat de naam zou slaan op slechte kleigrond, luizige knipklei. De waarheid zal wel nooit officieel worden ach terhaald. Wie een bezoek bracht aan de herberg op het noordeinde ging 'te Luizeknippen'. Ook de kermis die daar jaarlijks werd gehouden, werd zo genoemd en ook het gehele noordeinde kreeg die naam. De Luizeknipper kermis De kermis was in vroeger tijd, zo rond 1910 en daarop volgende jaren, een der grootste van Langedijk en was bekend in de gehele omgeving. Ze trok daardoor ook veel volk van buiten het dorp. De voorbereidingen begonnen al ver vóór de datum der kermis, die gehouden werd op de vierde zondag in september, plus de daaropvolgende maandag en dinsdag. Ver daarvoor begon bijvoorbeeld de bakker al zijn inkopen te doen voor het bakken van spouwers (beschuitachtige anijsbollen) en bolussen en niet te vergeten de tulbanden. Het werd immers druk want iedereen kreeg familie of kennissen over de vloer. Er werd lekker gegeten en gedronken, dus moest er van alles in huis zijn. Voor de vrouwen een glaasje Samos, een wijnsoort die toen veel werd gedronken, of een glaasje brandewijn met boontjes (zo noemde men Boerenjongens). Ook een advokaatje werd door de vrou wen niet vergeten. Voor de mannen was er vaak iets ster kers. De eerder genoemde spouwers mochten zeker niet ontbreken. Het doorsnijden van zo'n spouwer was een lastig karwei. Eerst stak je een mes in de zijkant van de spouwer. Daarna blies je krachtig in de ontstane gleuf, waarna je voorzichtig de spouwer verder in twee helften sneed. Wie zo'n beschuitbol met anijszaad netjes en zon der te breken kon doorsnijden, kreeg met de kermis een vrijer. Het was bij de jonge meisjes dus een geliefd en secuur klusje wat echt bij de kermis hoorde. Zoals gezegd kwam er veel familie, ook soms van veraf. Vaak bleven die slapen, wat in de betrekkelijk kleine behuizingen met niet veel slaapgelegenheid vaak een probleem was. Maar, nood maakt vindingrijk en een bedje op de vloer was gauw gemaakt. Zo zijn de zoge naamde 'kermisbedjes' ontstaan. Het Noordeinde, dat met de kermis vol stond met kramen. 's Avonds ging men gezamenlijk naar de danszaal en werd het een groot feest. De ouderen zaten aan lange tafels op het toneel en keken toe hoe de jongeren zich ver maakten met dansen. Af en toe ging men een rondje over de kermis maken waar genoeg vertier was en ieder wel een vermaak vond wat hem of haar paste. De diverse attracties waren over een tamelijk grote afstand verspreid. Het begon bij het café aan het noord einde en ging in zuidelijk richting door tot aan de brug van de Kroonstraat. Wat er alzo stond aan evenementen was heel divers. Een kleine opsomming: snoepkramen, ijstentjes, een ringgooikraam, een schiettent, de zweef molen, een vis- en fruitstalletje, de schommelschuitjes, een bioscoop, een circus en niet te vergeten de populaire koekhakkraam. Deze laatste werd later verboden omdat er kleine bijltjes bij werden gebruikt en het gevaarlijk werd. Het waren kleine bijltjes van 3 tot 4 cm waarmee een dun en taai stuk koek in de lengte moest worden doorgehakt. Wie dit in de minste klappen deed was win naar en mocht de koek houden. De verliezer moest beta len. Bioscoop en circus De bioscoop was een uit losse onderdelen opgebouwde loods, met zeildoek afgedekt. In de beginperiode werden daar nog de zogenaamde stomme films gedraaid. Af en toe een stuk tekst in beeld, afgewisseld met filmbeelden. Vaak werd er piano gespeeld of werd een verduidelij kend woord gesproken over de inhoud van de film door een zogeheten 'explicateur'. Op een open terrein, juist over de brug van de Kroonstraat, stond elk jaar een klein circus. Het was genaamd 'Circus Blanes', naar de eigenaar die Leendert Blanes heette. Het gezin Blanes overwinterde vaak in Oudkarspel, waar de kinderen dan ook naar school gin gen en vader in de wintertijd werk vond in de zuurkool- fabriek van Hart. Na de winterstop werden ze weer artiest en veranderden in clown, paardendresseerster of muzikant. Oktober 2001 7

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Van Otterplaat tot Groenveldsweid - Langedijk | 2001 | | pagina 9