De L ^ttDlTTULS ,oy n door Jan IJffen Cor Oudendijk Dtfill- Toen in 1629 de polder Heerhugowaard werd droogge legd en er een ringvaart rond deze polder werd gegraven, werd de Langebalkbrug gebouwd. Deze verbond de Koog van Zuid-Scharwoude met de Zuidscharwouder polder. Dit was een stuk drooggevallen land in het grote meer 'De Waerd' en door Zuid-Scharwouders ingedijkt. De toegangsweg naar deze brug was maar een smal voetpad, dat de naam droeg van Kerkepad. In de volks mond werd het evenwel 'de Kerkewoid' genoemd. Ook toen de weg er al jaren lag bleef de naam Kerkepad gehandhaafd. Pas later vond hernoeming plaats in Langebalkweg. heden ten dage, een commissie vormen natuurlijk. Het was vroeger echt niet anders dan tegenwoordig. Deze commissie kwam tot een conclusie en wel de volgende. Een instelling die toezicht hield op de sloten en bruggen en welke 'de banne' was genaamd, zou 75,- bijdragen. De eigenaresse van veel polderland in de Zuidscharwouderpolder, Mej. Schouwenburg droeg 242,50 bij. De ANWB schonk 100,- en de Heer van Zuid-Scharwoude, Mispelblom Beijer 65,-. Het gemeen tebestuur van Zuid-Scharwoude besloot hierna in het jaar 1912 tot de bouw van een ijzeren voetbrug voor rekening van de gemeente, die hierna ook zou zorgen voor het ver dere onderhoud. Links het oorspronkelijke smalle Kerkepad. Rechts de voor rij- verkeer bestemde straatweg. De twee huisjes links zijn aan het begin als enige overgebleven van deze bebouwing. Een smal voetpad dus en, zo dacht men, we kunnen vol staan met een smalle voetbrug. Zo werd die dan ook gebouwd. Een smalle brug, ter breedte van een brede balk, met aan weerszijden leuningen. Een groot aantal jaren zal dit zo geweest zijn en werd het voldoende geacht. Het smalle voetpad werd zelfs nog verhard met ook alweer smalle betonplaten. Maar dat laatste gebeur de pas in 1925. Het onderhoud Natuurlijk is er onderhoud aan zo'n brug en zolang dit zich beperkte tot wat teer en een paar spijkers, werd dit door het polderbestuur van de Zuidscharwouderpolder betaald. Toen echter in februari 1904 een fikse aanvaring plaats vond werd eens zorgvuldig nagekeken wie de eigenares se was van de brug, en dus in het onderhoud moest voor zien. Diverse notulen werden nageplozen, maar dit lever de geen resultaat op, dus ook geen eigenaresse. Van een contract, dat met de bouw zou zijn opgemaakt, was niets bekend. Tot 1908 onderhield de polder Zuid-Scharwoude de brug en droeg de gemeente dertig gulden bij. Nu moest er een oplossing worden gezocht om uit de onkos ten te komen. Wat doet men in zo'n geval? Nou, net als In 1912 werd een ijzeren voetbmg gebouwd op de plek van de houten voorganger. Links het Iniisje van molenaar Hart en rechts de in 1934 verbrande kotmolen 'G' Plannen voor een nieuwe brug Voor de kanalisatie van het traject Alkmaar-Kolhorn moest veel werk worden verzet. Provinciale Waterstaat legde de Westerweg aan, maakte het fietspad op de dijk beter, plaatste hekken bij de huizen en verbreedde de ringsloot van de Heerhugowaard. Hierdoor geraakte in 1936 de Langebalkbrug in verval. Het was de bedoeling om een nieuwe brug te bouwen, maar dan wel voor het rijverkeer, aangezien de ijzeren brug slechts voetgangers en fietsers kon toelaten. Door de oorlog 1940-1945 ont stond echter grote vertraging in de bouwplannen. De ijzeren brug werd wel in 1942 al afgebroken en de over tocht over het kanaal was alleen nog mogelijk met een pontje dat tijdelijk werd ingesteld. Totdat er, in afwach ting van de bouw van een betonnen brug, een houten hulpbrug werd gemaakt. De aanbesteding tot het maken van deze brug vond plaats op 16 september 1948 door Provinciale Waterstaat. De nieuwe Langebalk moest een brug worden met twee overspanningen van 15 meter, één over het kanaal en één over de Westerweg. 10 Oktober 2001

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Van Otterplaat tot Groenveldsweid - Langedijk | 2001 | | pagina 12