Wat doet de naam ertoe?
Een ander punt waar
men zich in het
Openluchtmuseum
over verbaasde is het
grote oppervlak van
pannen en het weini
ge riet op het dak.
Onbekend is bij het
museum dat oor
spronkelijk een grote
topgevel het dak
heeft gesierd. In de
19e eeuw is deze
gevel verwijderd en
vervangen door een
vlak van dakpannen.
Binnen de nazaten
van de Van Twuy-
vers bestaan nog
twee schilderijtjes
van de oude stolp
met topgevel. Mis
schien kunnen wij u
die nog eens tonen.
De Noord-Hollandse stolphoeve werd het laatst bewoond door Jan en Betje van Diepeti.
Het gebouw verkeerde, zoals is te zien, in een verwaarloosde staat
de boerderij na zijn vader en na hém komt de jonge telg
Arie van Twuyver(Va), wiens naam voorkwam op de
steen (1850) van het voormalig stoomgemaal te Aarts
woud. De tweede zoon Jacob(Vb), geboren in 1808, legde
op 11-jarige leeftijd in 1819 de eerste steen voor de
Ned.Hervormde kerk in Zuid-Scharwoude. Hij werd in
1840 benoemd tot secretaris van dit dorp.
Het geslacht Van Twuyver was dus
wel een bijzondere familie en
bekleedde veel belangrijke functies.
In 1847 ging de grote boerderij
door verkoop over aan Arie
Strooper. Nadien bewoonde diens
dochter Guurtje, gehuwd met Dirk
van Diepen, de stolp. Twee van
hun kinderen, Elisabeth (Betje) en
Jan, waren de laatste bewoners tot
de stolp in 1949 werd overgebracht
naar Arnhem.
Wie het Openlucht
museum bezoekt en
een kijkje gaat nemen
in de stolphoeve, kan zich even in Zuid-Scharwoude
wanen en te gast gaan bij de Van Twuyvers.
Bronnen:
- Geschriften van K.Zeeman
- Brandts Buys L, De landelijke bouwkunst in Hollands
Noorderkwartier, Arnhem 1974
De stolpboerderij staat in Arnhem
model voor een West-Friese stolp,
maar toch is dat niet geheel correct.
De meeste stolpen in West-Fries
land hebben een hoge 'darsdeur'
om de hooiwagens zo naar binnen
te kunnen rijden. In Langedijk kon
men slechts varen. Daardoor heeft
de stolp maar een kleine darsdeur.
De boerderij zoals deze werd geplaatst in het Openluchtmuseum te Arnhem
48
Oktober 2000