Waf is <ei° over geMeven van onze watermolens tal door Jan IJff Inleiding Gelukkig worden er af en toe uitvindingen gedaan die van groot belang blijken te zijn voor de toekomst. Dit is zeker zo met de uitvinding van de watermolen, die met behulp van windkracht werd aangedreven. Het was in het jaar 1408 dat de Heemraden van Delfland naar Alkmaar kwamen. Zij kwamen daar om het vooron derzoek te zien dat Floris van Alkemade en Jan Grieten- zoon hadden gemaakt. Door middel van windkracht kon een molen namelijk water uitwerpen. Voordien was men aangewezen op het gebruik van 'ver laten' en de waterstand van de omlig gende waterafvoerkanalen of meren. De eerste molens werden geplaatst in Schieland (ZH) in 1434, daarna in Delf land in het jaar 1440 en in het land van Arkel in 1456. Het waren echter nog kleine molens met een gering bema lingsvermogen en een vaste, niet op de windrichting draaibare kap. Maar langzamerhand kwam er, zoals bij bijna elke uitvinding, verbetering in. In de polder Geestmerambacht waren het Sint-Maarten, Valkkoog en een deel van Harenkarspel die bemaling toepasten. Daarna volgden Eenigen- burg en Warmenhuizen, die hun land, gelegen binnen de Oosterdijk, Kalver- dijk en Koorndijk, wilden gaan inpol deren. Met molens wilden zij het over tollige water doen uitslaan in het ove rige deel van de polder Geestmeram bacht. Later is bepaald dat geheel deze polder onder één bemaling zou komen. De uitvinding van de latere achtkante watermolens is volgens de geschiedenis van de beroemde waterbouw kundige molenaar uit De Rijp, Jan Adriaanszoon Leegh- water. Het toepassen van de vijzelbemaling in plaats van het scheprad, was later opnieuw een grote stap vooruit. Vóór de bemaling met de vijzel werd het water met het scheprad niet hoog genoeg opgestuwd. In 1864 waren, op één na, alle molens van het Geestmer ambacht vervijzeld. Een volgende uitvinding De uitvinding van de draaibare kap, waarmee de molenwieken op de wind gedraaid konden worden, bracht een enorme verbetering aan de watermo lens. Deze uitvinding wordt toege schreven aan een Vlaming, met ver melding van het jaar 1573. De eerste molens die geplaatst werden aan de Oosterdijk van het Geestmer ambacht dateren van 1543, tijdens het bewind van Karei V. In 1558 werden er weer twee bijgeplaatst, waarbij het aantal werd uitgebreid tot 13 stuks. Al deze molens wierpen hun water uit op de Groote Waard (Heerhugowaard) wat toen nog een meer was. De molen 1 staande bij de overhaal (later de sluis) in Oudkarspel bij de sloop in 1903. 28 Oktober 2000

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Van Otterplaat tot Groenveldsweid - Langedijk | 2000 | | pagina 30