Van 'poepe'- en 'Deense' witte kool 2
In 1894 nam Peter Verburg de fabriek over.
Brinkman was een veelzijdig en ondernemend man. Hij
was conservenfabrikant, een tijdlang gemeenteontvanger
en vanaf 1901 zelfs burgemeester van Noord-
Scharwoude. Daarnaast was hij ook organist van de
Nederlands Hervormde Kerk.
In de Langedijker Courant van 17 januari 1933 stond hier
over het volgende artikel:
Zondag 22 januari hoopt de heer C.Brinkman, oud-burgemees
ter, den dag te herdenken waarop hij voor 55 jaar tot organist
werd benoemd bij de Ned.Herv.Gemeente alhier. Een tijdperk
van thans één en dezelfde gemeente te hebben gediend mag
zeker wel als een grote zeldzaamheid worden beschouwd. De
heer Brinkman, die de acht kruisjes nabij komt, beoefent nog
met ambitie het organistschap. De tand des tijds heeft aan zijn
vaardigheid op het instrument nog weinig afbreuk gedaan. Nog
steeds weet hij het gesproken woord op juiste en muzikale wijze
te illustreren, - tot ons te doen spreeken. Voegen we hieraan nog
toe dat de heer Brinkman het somtijds fijne notenschrift nog
zonder behulp van een bril leest, en dat hij in dien 55-jarigen
loopbaan een niet noemenswaardig aantal beurten heeft ver
zuimd, - dan kan dit jubileum wel als een groote bijzonderheid
worden aangeteekend en is een felicitatie voorzeker op haar
plaats.
Het bijzondere van Brinkmans loopbaan als organist was
dat hij als eerste èn laatste organist het Flaes-orgel in de
Noordscharwouder kerk heeft bespeeld.
Het orgel werd opgeleverd in 1878 toen Brinkman werd
benoemd. Kerk en orgel verbrandden door blikseminslag
op 14 oktober 1934.
Brinkman vroeg om ontslag per 1 januari 1936.
Denen
Mijn vader heeft mij verteld dat Brinkman van een reis
naar Denemarken een type kool heeft meegenomen en
aan de Langedijk geïntroduceerd.
Voordien was deze kool hier onbekend. Het bijzondere
aan deze kool was dat deze bewaarbaar was.
Hierdoor was het dus mogelijk gemaakt dat men kool in
de herfst kon oogsten, ze op de 'dars' bewaren en dan in
de winter en het voorjaar, als de prijzen hoger waren, te
verkopen. Dit type kool werd door de tuinders Deense
witte genoemd en was het prototype van alle witte
bewaarkoolrassen die we nu nog kennen.
Amager
Hier hoort nog een verhaaltje bij!
De Deense naam van dit ras was Amager en het was
afkomstig van een klein eiland vlak bij Kopenhagen.
Tegenwoordig is dit eiland met een paar bruggen ver
bonden met de Deense hoofdstad. Het grootste deel van
Amager wordt in beslag genomen door de luchthaven
Kastrup. Het eiland Amager werd sinds 1520 bewoond
door tuinders, afkomstig uit West-Friesland en Broek in
Waterland.
De Deense koning Christiaan II had een Hollandse maït-
resse, Duyveke genaamd, die samen met haar moeder
Sigrid dicht bij het kasteel van de koning woonde.
Om haar 'iets van thuis' te laten voelen, èn om de
Hollandse tuinbouw voor de poort van Kopenhagen te
hebben, gaf de koning de emigranten land op Amager in
eigendom. Ze mochten hun religie en beroep ongestoord
uitoefenen; kortom ze waren geziene gasten.
Op de bruiloft kreeg het bruidspaar een cadeau aangebo
den dat bestond uit een zak met zaden van de groenten
die op Amager geteeld werden.
Het is dus wel mogelijk, dat het type Amager-kool, dat bij
ons de Langedijker witte bewaar of Deense Witte werd
genoemd, toch nog oorspronkelijk uit ons West-Friesland
komt.
Bronnen:
- Kuiper, Maarten -
Een kijkje in de geschiedenis van Langedijk, Hoorn 1980
- Alkmaarsche Courant
- Langedijker Courant
- Hansen, Tage - The Story of an Island in the country of
Hans Christian Andersen, Copenhagen 1946,
32
Oktober 1999