De sluis in 1964 met daarbij de echtgenote en kinderen van de schrijver. Het polderbestuur wees het verzoek af maar het was wel bereid om de vergoeding van 50,- die de pol der jaarlijks zou moeten ontvangen, te laten verval len. Om de sluisbouw te bekostigen was een geldlening aangegaan. Het onderhoud van de sluis met de rente en aflossing van de lening moest door de leden van de sluisvereniging worden betaald door een jaarlijkse bijdrage gerekend naar de oppervlakte land waar voor van de sluis gebruik werd gemaakt. Toen in 1931 de provincie Noord-Holland land ging aankopen voor de aanleg van de weg van Koedijk naar Noord-Scharwoude, die dwars door de Dieps meer gepland was, was de sluisvereniging op haar hoede. Er zouden meerdere percelen land worden aangekocht waarvan de eigenaren toen verplicht waren hun aandeel in de sluiskosten te betalen. Bij aankoop door de provincie dreigden die jaarlijkse in komsten verloren te gaan. De sluisvereniging eiste aanvankelijk een afkoopsom van 3,- per snees of ƒ.126,- per hectare. Uiteindelijk werd door de pro vincie 122,43 per hectare betaald. het provinciaal bestuur worden verkregen en een geld lening voor de polder worden aangegaan. Bovendien moest wettelijk worden vastgelegd van welke perce len de eigenaren verplicht waren in de sluiskosten bij te dragen. Men wilde de sluisgebruikers 25 cent per snees laten betalen en de secretaris moest voor de sluis een afzonderlijke boekhouding aanleggen. Op 1 juli 1935 vond de overdracht plaats. Piet Zut, de secretaris/penningmeester van de sluisvereniging, droeg op die datum de boeken en bescheiden met ƒ.11,10 kasgeld over aan het bestuur van de polder. Waarna de voorzitter van de polder 7.015,-, zijnde het restant van de schuld die nog op de sluis rustte, uitbetaalde aan het bestuur van de sluisvereniging. Vooral voor de bestuurders van de sluisvereniging was dit een blijde dag. Zij waren toen verlost van de voort durende zorg om jaarlijks de nodige gelden voor on derhoud, rente en aflossing te incasseren. Vooral in de crisisjaren ging dat vaak heel moeilijk. Uit een reke ning van 1947 blijkt dat er toen nog door 44 eigena ren met een totale oppervlakte van ruim 79 hectare voor een bedrag van 6,- per hectare in de sluiskosten moest worden bijgedragen. Overdracht van de sluis aan de polder In maart 1933 deed de sluisvereniging 'De Diepsmeer' aan het polderbestuur het verzoek om de sluis te gen betaling van de nog openstaande schuld, ad ƒ.7.015,-, over te nemen. Er waren toen 38 eigena ren met hun land bij de sluis aangesloten. In april 1933 gingen de ingelanden met de overname accoord. Het duurde echter tot juli 1935 eer alles in kannen en kruiken was. Er moest goedkeuring van De herverkaveling betekende het einde Onder de naam van ruilverkaveling werden in de pe riode 1964-1976 alle sloten in het Geestmerambacht gedempt, het nieuwe land geëgaliseerd en opnieuw verkaveld, nieuwe afwateringssloten gegraven en we gen aangelegd. Het werd van een vaarpolder een rij- polder. Het oude landschap is toen onherstelbaar ver woest en herverkaveld. Van de voormalige akkers en weilanden is niets meer terug te vinden.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Van Otterplaat tot Groenveldsweid - Langedijk | 1998 | | pagina 36