Hoe het een dorpsgenoot verging (door Jan IJff).
Beroemd is dit stukje land inmiddels omdat tot voor
een paar jaar geleden bijna niemand van dit akkertje
had gehoord. Waarschijnlijk heeft men het altijd
gehouden voor een uitstulping van het talud van de
Twuyverweg. Door de plannen van de gemeente
Langedijk is het Otterplaatje in het middelpunt van
de belangstelling komen te staan. Het lijkt wel de
kant op te gaan dat het Otterplaatje zal worden
gespaard.
Het is vrijwel zeker dat er ooit otters op het akkertje
hebben liggen 'spragen' in de zon. De naam 'plaat'
duidt op een vaste ondergrond. Er zijn meer
perceelsnamen met de toevoeging 'plaat' in de buurt.
De Groenveldsweid.
De weid die ooit behoorde aan burgemeester
Groenvelt van Oudkarspel, werd daarom Groenvelds
weid genoemd. De weid lag aan het einde van de
Luizeknip, op het Noordeinde van Oudkarspel dus.
De beste plaatsaanduiding is ten westen van het café
'De Knip', daar waar nu de verlengde Woudmeers-
weg ligt.
Burgemeester Groenvelt (met een 't') was een rijk
man die ooit een aanzienlijke som geld heeft nage
laten aan de Oudkarspeler kerk. Hij bezat ook land
in de omgeving, waarvan de weid er één was. De
Groenveldsweid (we houden de 'd' maar aan) was
met de weg verbonden door middel van een brug.
Verder was het stuk land volledig omgeven door
water. In het dorsseizoen stond altijd de grote, door
een stoommachine aangedreven dorsmachine op de
Groenveldsweid opgesteld. De dorsmachine is helaas
verbrand. Op 7 augustus 1973 om 23.50 uur ging de
boet op de Groenveldsweid, met daarin nog steeds
de unieke dorsmachine in vlammen op. Aardig is nog
om te vermelden dat achter de weid een soort drie
sprong van sloten was waar menig kind heeft leren
zwemmen, 't Was daar namelijk mooi 'flook' (ondiep).
Een draaiorgel klinkt altijd gezellig. Het hoort echt
bij het geluid van de grote stad en we associëren het
dan ook vaak met Amsterdamse grachten. Een enkele
keer kwam of komt er nog wel eens een draaiorgel
in onze dorpen, maar dat begint tot de
uitzonderingen te behoren. De man bij het orgel,
daar bekommeren wij ons niet om. Het gaat immers
om de muziek en dan nog juist om de specifieke
draaiorgelklank. Toch krijgen we in dit verhaal juist
te maken met de man bij het orgel, de orgeldraaier.
Hoe komt iemand ertoe om het beroep van orgel
draaier te kiezen? Dat dit niet zomaar een keuze is,
maar dat je daar door allerlei omstandigheden
zomaar inrolt, dat ondervond Jan de Wit.
Jan, geboren in 1934, was de zoon van de huisarts
Dr. J.de Wit uit Oudkarspei, de voorganger van Dr.
Gerrmann. Uit hetgeen Jan destijds vertelde kunnen
we het volgende verhaal samenstellen.
Een foto van de bekende dorsmachine op de Groenveldsweid.