m
De Fortuin.
Rond 1830, bij de voorbereiding voor het instellen
van het Kadaster, werden voor het vaststellen van
de grondbelasting diverse molens bezocht en
beschreven. Over de molen in Noord-Scharwoude
werd toen o.a. geschreven: 'Kadastraal bekend sectie
B nr.356, molenaar Pieter de Geus. Stenen molen
genaamd "De Fortuin". Twee paar maalstenen die
gelijktijdig kunnen werken. Molen in goede staat en
gunstig gelegen.' In deze aantekening komt voor het
eerst de naam "De Fortuin" naar voren. In later jaren
is er meer sprake van 't Fortuin"
Maartje Sijpheer overleed op 30 september 1832.
Haar man, Pieter de Geus, overleefde haar nog bijna
tien jaar en stierf op 2 augustus 1842.
Op 22 februari 1843 verkochten hun kinderen en
erfgenamen '6/7 in een stenen windkorenmolen met
het daarbij behorende huis en erf en een stukje
weiland, alles gelegen te Noord-Scharwoude en
kadastraal bekend onder sectie B nrs354, 355 en 356',
aan hun broer en mede erfgenaam Hillebrand de
Geus. Hij was geboren in Noord-Scharwoude op 28
mei 1798 en overleed daar ook op 26 november 1871.
De molen met woonhuis, erf en bouwland werd op
14 oktober 1868 door hem openbaar verkocht in de
herberg 'De Burg' te Noord-Scharwoude.
Nieuwe eigenaren.
Koper werd Cornelis Wijn, landman te Alkmaar, voor
in totaal 5454,75. Bij deze verkoop is er voor het
eerst geen sprake meer van 6/7 deel, zodat nu het
volle eigendom werd verkocht. Het is niet duidelijk
hoe het 1/7 deel van de kerkmeesters van Broek op
Langedijk werd verkregen. Cornelis Wijn, geboren
op 3 januari 1815, heeft de molen zelf bemalen. Hij
overleed in Noord-Scharwoude op 7 juli 1876. Hij was
al weduwnaar toen hij op 1 april 1860 trouwde met
Maartje de Geus, dochter van Dirk de Geus en Maartje
Schoorl en kleindochter van de vroegere molenaar
Pieter de Geus.
Na het overlijden van Cornelis Wijn werd het molen
complex op 26 oktober 1876 in het openbaar ver
kocht. Koper werd nu Willem Bos, korenmolenaarte
Hoogwoud. Hij kocht het voor een totaalbedrag van
6696,- voor zijn zoon Evert Bos, molenaarsknecht
te Barsingerhorn.
Evert Bos, geboren op 12 juli 1852 in Hoogwoud, was
op 26 april 1876 te Heerhugowaard getrouwd met
Theodora Margaretha Mulder. Hij overleed op 31
maart 1898 en bij scheiding van zijn nalatenschap,
op 27 augustus van dat jaar, werd de molen met het
molenhuis en de paardenboet etc. toebedeeld aan
zijn weduwe.
De weduwe Bos-Mulder verkocht het geheel op 9
december 1904 aan haar zoon Gerrit Bos, geboren
op 22 juli 1884, die het bedrijf nog een aantal jaren
heeft voortgezet.
Uiteindelijk verkocht Gerrit Bos, als korenmolenaar
te Noord-Scharwoude, het gehele complex aan de
landbouwer Wouter Borst, onder voorwaarde dat de
opstal van de molen eigendom bleef van de verkoper.
De molen met de machines zouden vóór 1 mei 1919
door de verkoper verwijderd moeten zijn.
Gegevens betreffende de molen na 1800 zijn
grotendeels afkomstig van mijn vriend, nu wijlen
P.Boer te Alkmaar, die een enorme hoeveelheid
gegevens betreffende de Noord-Hollandse molens
verzameld had. november 1996, J.P.Geus.
Het laatste verloop van de molen en de
maalderij.
Zoals gezegd zette de familie Bos de maalderij voort.
Over deze bedrijfsontwikkelingen is nog niet veel
achterhaald. De molen is in 1919 weliswaar gesloopt
maar de maalderij aan het Gorterdiepje bleef nog
jaren in bedrijf.
Bij de verkaveling begin jaren '70 werd in eerste
instantie het molenhuis gespaard. Helaas viel ook dit
huis laterten prooi aan de slopershamer. Nu rest nog
slechts het oude bedrijfsgedeelte.
di Wed. E. 80S ZONEN
KORENMOLEN
,,'t Fortuin."
S' yJ?
y S
Een rekening voor het malen van tarwemeel uit 1904. Hier heet
de molen '"t Fortuin".
jfoordechoruxiuidé lir C's/
Debet aan