Het was een stralende voorjaarsochtend. Mijn moeder had de was gedaan en die hing inmiddels aan de lijn. Op het erf zag ik dat de sloot, die de begrenzing met het erf vormde, tot de rand vol stond en enige tijd later begon het water tergend langzaam het erf in bezit te nemen. Dat is een beeld, dat ook na jaren nog op mijn netvlies staat. De familie Branderhorst (die in 1948 zou emigreren naar Canada) was intus sen druk bezig wagens vol te laden met inventaris uit het huis, want zij hadden op Wieringen een plaats gevonden waar ze konden wonen. Men bekommerde zich duidelijk niet om ons en ik voelde de span ning in de lucht hangen: "Hoe moet het nu met ons?" Maar ergens in de middag draaide een ouderwetse boerenwagen met van die hoge houten schotten, vermoedelijk uit Zeeland, het erf op met een vrolijke koetsier, die riep: "Kan ik hier nog helpen?" Dat was niet tegen dovemansoren gezegd en toen begon onze verhuizing naar Wieringen, waar mijn vader onderdak voor ons had gevonden in een leegstaande eendenboet bij de Haukes bij de familie Takes als ik mij niet vergis. Op Wieringen Op Wieringen (en trouwens langs de hele kust van de vroegere Zuiderzee) werden veel eenden gehouden, want zo had ondermaatse vis nog een economisch doel als eendenvoer. Eendeneieren smaak ten niet voor niets vaak naar vis. Op de foto is zo'n eendenfokkerij op Wieringen te zien. De eendenboeten (boet is het Noord-Hollandse woord voor schuur) waren wat bouw betreft alle min of meer hetzelf de: houten wanden donkergekleurd door carbolineum, een golfpla ten dak, grote ramen en een bodem van zand. De eendenhouderij is vrijwel uitgestorven en de boeten zijn op de brandhoop beland. Maar wij kwamen terecht in een eendenboet aan de Waterweg nummer twee in Westerland op Wieringen, die leegstond. Het was maar een paar kilometer verwijderd van de boerderij aan de Schelpenbolweg in de Wieringermeer. Op het Google kaartje staat de boerderij rechtsonder op de hoek van de Slootweg die naar Slootdorp leidt in zuidelijke richting en de Schelpenbolweg in oostelijke richting. Links is het Amstelmeer, een deel van de Zuiderzee, dat aan de noordzijde wordt afgesloten door een stuk dijk, dat dezelfde uitvoering had als de Afsluitdijk. Aan de andere zijden wordt het meer afgesloten door de Wieringermeer- en Wieringerwaardpolder, die al in 1610 In de eendenboet, voorjaar 1945. De vloer was van aarde, bedekt met stro en het zal er dus altijd wel stoffig zijn geweest. De kinderen sliepen op twee tweepersoonsmatrassen op de grond. Voor mijn ouders was er een tweepersoonsbed (uiterts rechts op de rechterfoto). Op de linkerfoto staat een door mijn vader getimmerde houtenkist, die ik later nog jaren heb gebruikt bij verhuizingen van de ene naar de andere studentenkamer, met een of meerdere 'bodes'. Het ijzeren kacheltje werd niet meer gebruikt, daarop werden vroeger wel rode bieten gekookt. Historische Vereniging Wieringen "Op de Hoogte" 31e jaargang nr. 2 - 2019

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2019 | | pagina 19