Jan Baijs Ezn (1845-1911), postschipper van 1875 tot
1903 en tevens brievengaarder van 1883 tot 1903.
(Collectie Marietje Bron)
trouw daarom niet alleen op de voeten maar voor
al op de handen. Als de plank wiebelt of dreigt te
kantelen is het beste advies om maar voorover te
vallen en de fokkestag te grijpen en op het gangspil
te springen. Dan volgt een klauterpartij over de vis
sersschuiten die vol liggen met kettingen, touwen,
planken, vaarbomen, stokken en nog meer spullen
die op een vissersvaartuig horen, tot eindelijk het
postschip is bereikt. Als het licht is en het regent
niet en de passagiers zijn goed ter been dan lukt
het nog wel maar als het donker is met nat weer
en nieuwe schoenen aan die op het gladde hout
werk uitglijden dan.... Op de postschuit ben je bij
de postschipper, J. Baijs, voor een tijdje in goede
handen. Maar, dit duurt slechts kort want er begint
weer iets nieuws. Bij het verlaten van de postboot
moet worden overgestapt in een vletje omdat de
postboot door het ondiepe vaarwater niet bij de
sluis kan komen. Het vletje vaart tot op een halve
meter van de steenglooiing waar tegen op moet
worden geklauterd. Het vletje wordt zoveel moge
lijk stil gehouden waarna de voeten in een gleuf
tussen de glibberige stenen moeten worden ge
plaatst. Het beste is je dan voorover te laten vallen
om met de handen de volgende iets hoger gelegen
sleuf te bereiken. Zo op handen en voeten klaute
rend kom je boven. Er is wel een soort trap met een
spar als leuning maar die is vooral bij nat weer erg
glad en de leuning zo hoog dat het veel veiliger is
om maar op handen en voeten tegen de stenen
op te kruipen. Eindelijk met vaste grond onder de
voeten op de hoge kleidijk is het nog een kwartier
lopen naar de herberg. Als er gekozen wordt voor
de grindweg is het zaak bij het naar beneden gaan
de handen weer gereed te houden. Het meenemen
van bagage is natuurlijk onder zulke omstandighe
den niet mogelijk. De terugtocht naar het eiland is
nog moeilijker omdat bij het van boven op de dijk
naar beneden lopen niet met zekerheid kan wor
den bepaald waar de nodige steun kan worden ge
vonden en de sprong vanuit het vissersvaartuig op
het plankier weer levensgevaarlijk is. Gelukkig zijn
er altijd wel vriendelijke Wieringers die een handje
willen helpen. Het gaat nog wel als je jong bent,
goed ter been, niet zwaarlijvig, het niet regent en
als het licht is. Ben je al wat op leeftijd en niet ge
wend om zulke gymnastische toeren te verrichten
en het is nat weer, dan is het meer geluk dan wijs
heid als er geen ongelukken gebeuren. Het is zeker
veiliger om, zo lang deze toestand zo blijft, alleen
als het dringend noodzakelijk is de overtocht van
en naar Wieringen te ondernemen. Of dit in het be
lang van het eiland is mag ernstig worden betwij
feld.
Het stuk in de krant is ondertekend met 'een
noodzakelijke passagier' en veroorzaakt de nodi
ge reacties, zowel positief als negatief. Een zekere
A. Peereboom (4) vindt het allemaal wel meeval
len en rept zelfs van leugens en onwaarheden.
De noodzaak voor wat verbeteringen wordt niet
ontkend maar tussen de regels door valt te lezen
dat de financiële aspecten een belangrijke rol
spelen. Wieringen was financieel niet in staat dit
soort dure investeringen voor haar rekening te
nemen. Alleen met financiële hulp van de over
heid was dit mogelijk. Een overheid trouwens
die het eiland met in die tijd slechts 2000 inwo
nerswat minder van belang achtte.
De inzender neemt met het antwoord van de
heer Peereboom geen genoegen en vervolgt
het verhaal door inzending van een artikel in het
Vliegend Blaadje op 10 mei 1890 waarbij hij zijn
visie op de gang van zaken met betrekking tot
de bereikbaarheid van Helder (5), Texel en Am
sterdam uitbreidt.
Het spijt mij werkelijk dat de heer A. Peereboom
Pzn. zich met de inhoud van mijn eerste stuk niet
kan verenigen maar, en dit strekt mij tot troost, nie
mand zal ontkennen dat verbeteringen ten aanzien
van de verbinding van het eiland Wieringen op de
hier bestaande vervoermiddelen absoluut noodza
kelijk zijn. Bedoeld protest is eigenlijk niets anders
dan een poging om de bestaande toestand, waar-
Historische Vereniging Wieringen "Op de Hoogte" 30e jaargang nr. 1 - 2018