het Noorden en Oosten van het
land voor. Hij moest zich iedere
morgen melden bij de burge
meester om zijn orders in ont
vangst te nemen. Hij moest let
ten op alle overtredingen, zowel
van de algemene wetten als de
plaatselijke verordeningen. Spe
ciaal toezicht op herbergen, met
name op de sluitingstijden, was
geboden. Verder moest hij voor
komen dat:
- Langs de weg beesten wer
den geweid
- Beletselen op wegen werden
geplaatst
- Eigendommen werden be
schadigd of ontvreemd
- Vreemde bedelaars en vage
bonden rondhingen op straat
- Hij moest toezien op het
schoonhouden van straten en
op het onderhoud van water
lozingen, bovendien deed hij
bodediensten op het gemeen
tehuis. In vrijwel alle doop
trouw- en overlijdensaktes
vinden we de handtekening
van Symon Doves als getuige.
De beloning voor de dienaar
der politie was gering. Hij moest
er ander werk bij doen. Hij was
ook rietdekker, een beroep dat
ook een aantal van zijn nakome
lingen uitoefenden.
Uit het huwelijk van Symon
en Cornelisje werden acht kinde
ren geboren, onder wie in 1818
zoon Dirk. Hij was landman en
rietdekker. Uit het tweede huwe
lijk van Dirk met Trijntje Bakker
werd in 1868 als zevende kind
zoon Dirk geboren. Hij was schip
per en brandstoffenhandelaar in
Hippolytushoef. Hij trouwde in
1892 met Guurtje ter Keurst.
Haar familie is afkomstig uit
Rijssen (Overijssel) en is tijdens
de droogmaking van de Polder
Waard Nieuwland (vanaf 1846)
naar Wieringen gekomen.
Dirk en Guurtje kregen zes kin
deren: Trijntje, Dirk, Cornelis, Piet
en Ariaantje. Een oudere zoon
Piet verdronk op 5-jarige leeftijd.
Dirk Doves en Elisabeth Wagemaker
kort voor hun huwelijk
De familie Ter Keurst had bij
hun huwelijk recht op een le
gaat uit de erfenis van Clara van
Sparwoude, een rijke dame die
in 1615 kinderloos gestorven is
te Delft. Behalve familieleden
kregen in die tijd ook predikan
ten hun studie geheel of ge
deeltelijk uit deze nalatenschap
betaald. Een dochter van Clara's
zuster Maritge trouwt met Lam-
brecht Stulingh. Hun zoon Arnol-
dus Stulingh wordt predikant te
Oosterland en sterft aldaar op 20
september 1667. Al zijn nakome
lingen, mannelijk en vrouwelijk,
hebben door hun familierelatie
recht op een huwelijksgift van
'De Stichting Clara Jansdochter,
vrouwe van Sparwoude', waar
onder vele Wieringers.
Elisabeth Wagemaker wordt
geboren op 13 april 1895 te Wie-
ringen. Haar vader Simon Wage
maker is schipper. Hij wordt 'Si
mon van Nan van de Bakschuur'
genoemd omdat zijn vader Nan
boer en broodbakker was in de
boerderij/ bakkerij met brood
winkel op 't Hoekje. De moeder
van Elisabeth is Wijntje Luijt,
dochter van Pieter Luijt en Elisa
beth Koorn.
Simon en Wijntje kregen vijf
kinderen: Nan, Elisabeth en Piet.
Twee kinderen stierven op jonge
leeftijd.
Grootvader Pieter Luijt, ge
boren in 1839 te Andijk, kwam
omstreeks 1840 met zijn ouders
en oudere broer Gerrit naar Wie-
ringen. Hier werden in het gezin
Luijt nog vier kinderen geboren:
Anna Maria, Dieuwertje, Lourens
Johannes en Jan. Vader Nicolaas
Luijt was zeeman aan boord van
het Nederlands koopvaardijschip
Johanna Margaretha. Zeilende in
Historische Vereniging Wieringen "Op de Hoogte" 29e jaargang nr. 3 - 2017