het vissen van haring, omdat zich de gelegenheid
hiervoor niet voordeed. In ansjovis, aal-, wier- en
schelpdierenvisserij (mosselen, alikruiken en wul
ken) vond men hier steeds zijn bestaan. Het was
daarom voor het eerst dat men door de geringe
wieropbrengst en niet zo lonende schelpdierenvis
serij een gokje waagde met de haringvangst.Voor
duizenden guldens werd hiervoor de speciaal inge
richte haringkamers aangekocht en uitgezet.
Daarna was het wachten op de komst van de
haring en die kwam, de eerste maanden nog in
kleine hoeveelheden. Een aanvoer van weinige tal
len (een last haring is 50-tal a 220 stuks) werd door
een visserman al als succes aangemerkt, gezien de
prijs van ongeveer twee cent voor één enkel visje.
Al spoedig werd de aanvoer groter en groter en de
prijzen werden daardoor gematigder, totdat op het
laatst iedereen, ook zij die geen vast beroep uitoe
fenden 'in haring deed' Er werd grof verdient, zelfs
de kostbare kuilvisserij, die per kuil met twee sleep
boten en een ongeschoolde bemanning moest
worden uitgeoefend en beduidend minder aan de
markt bracht dan het staande want, was geruime
tijd lonend. De vissershaven en het haventerrein
van Den Oever was soms te klein, omdat het de
hele dag vol geparkeerd stond met grote vracht
wagens, die de vis zo uit zee naar alle delen van het
land en daarbuiten vervoerden.
Door de overvloedige vangsten van haring heerste er
grote bedrijvigheid in de haven van Den Oever.
De vrachtauto's rijden dag en nacht af en aan
om de vis te vervoeren. Alle dagen is er aan de ha
ven een geweldige drukte. De vissers die met hun
bedrijf bezig zijn beleven een gouden tijd. Grote
scholen haring, die op weg zijn om kuit te schieten
zwemmen tegen de Afsluitdijk en worden in grote
hoeveelheden in de zogenaamde kamers gevan
gen. De omzet van de visafslag te Den Oever is dan
ook zo groot als nooit tevoren. In 1933 werden de
prijzen nog enigszins op peil gehouden door de
geforceerde lage aanvoer, maar de grote vraag
naar haring was na de paasdagen (12 en 13 april)
met enkele weken voorbij.
Tegen de onderlinge afspraken in gebeurde
het soms dat iemand weleens zondigde en zon
der voorafgaande kennisgeving zogenaamd met
de totale 'kamervangst' aan de afslag verscheen,
waardoor uiteraard de veilig gewaande prijzen dan
kelderden.
De aanvoer van haring in de haven van Den Oever op 27
maart 1934. Links Kees Klaver en rechts Simon Lont, bij
genaamd Jumbo, scheppen de haring in manden voor
de verkoop.
Dan is er de ansjovis en geep die hun aandacht
kwam vragen. Als deze vissoorten zich ondanks de
aanleg van de Afsluitdijk in hun paaigebied zouden
handhaven, zag de toekomst er voor menig ex-
Zuiderzeevisser toch niet zo donker uit als aanvan
kelijk werd verondersteld.
Bronnen:
Wieringer Courant,3 mei 1933
Hollands Glorie/HN nr. 1/2007 door Martijn Lak
Historische Vereniging Wieringen "Op de Hoogte" 29e jaargang nr. 1 - 2017