jaar CT Historische Vereniging Wieringen "Op de Hoogte" 26e jaargang nr. 4 - 2014 - 23 - bezochten ze Kees en Coby en hun gezin eerst in Dwingeloo en later in Kollum). Ondanks het feit dat mama twee keer een lange ziekte periode (1946 en rond 1962) heeft moeten doorstaan, is zij altijd een tevreden mens geweest, dankbaar voor wat er was en vooral zeer ver knocht aan haar gezin. In het sana torium waar zij (omstreeks 1962) een halfjaar moest verblijven was ze aanspreekpunt voor medepati ënten maar ook voor de verple gers, die zo ook hun "problemen" hadden. Zij kon heel goed luisteren en voelde altijd met iedereen mee. Sociaal zouden we dat nu noemen. Haar eigen gevoelens kwamen daardoor wel eens in de knel. Tij dens haar verblijf in het sanatori um heeft mijn vader, in goede tra ditie, ter gelegenheid van de jaarwisseling een Thomasvaer en Pieternel-rijm geschreven, speciaal voor het sanatorium. Kees en ik hebben het hele relaas voorgedra gen. Bij tegenslag of noodzakelijk veranderde plannen was een van haar filosofische uitspraken "Het zal wel ergens goed voor zijn". Ik was het daar niet altijd mee eens, vooral niet in mijn tienerjaren. Mijn moeder voelde zich met ons en met de kleinkinderen altijd heel erg betrokken. Zij had overwicht en kon Kees en mij, evenals later de kleinkinderen, met strenge ogen laten gehoorzamen. Stemverhef fing was er niet bij. We hadden een tuin achter het huis (met bleek veld). Tijdens onze jeugd werden Kees en ik door mijn moeder bevo len naar "de bleek" te gaan als we wat al te erg met elkaar aan het stoeien waren. Zij genoot zichtbaar van haar zes kleinkinderen, die ook zeer op haar gesteld waren. Vooral met Sinterklaas kon zij haar hart ophalen, en maakte zij voor ieder kleinkind een "tafeltje", met lieve cadeautjes en wat snoepgoed. Christina Metselaar, 21 mei 1934 waar wel familieleden van pa (ook zijn zus Dit met haar man Hendrik Volger) woonden, maar waar wij eigenlijk verder niemand kenden. Ook hier maakte zij toch weer ge makkelijk contact. Ze pakte haar dagelijkse ritme snel op. In Zand- voort was het gebruikelijke, en waarschijnlijk nu nog, je huis te verhuren tijdens de zomermaan den en je intrek te nemen in het zomerhuis of in het souterrain. En natuurlijk verbleven er veel pensi ongasten op kamers. Wij verhuur den het huis en woonden inder daad in het zomerhuis (keuken, toilet, woonkamer met kachel, en zolder). Het was een heel gedoe (een soort verhuizing), en mama moest er ook erg aan wennen dat vreemden in haar huis verbleven). Toen we al een aantal jaren in Zandvoort woonden werd er een auto aangeschaft. Daar hebben zij veel plezier van gehad. Zeker om dat, zowel Kees als ik, nadat we ge trouwd waren (ik in 1966 en Kees in 1967), niet meer in Zandvoort woonden. Zo hebben zij mij en mijn gezin vele malen bezocht in Rijswijk en later in Leiderdorp en Vooral onze oudste dochter heeft daar dierbare herinneringen aan. Toen zij op hoge leeftijd ook nog achterkleinkinderen mocht verwel komen, was ze nog meer verrukt. Zo'n groot gezin! Toen mijn vader in 1994 stierf, mocht zij een jaar later, door toen zeer soepele "verhuis"- mogelijk heden van de verzorgingstehui zen onderling, verhuizen naar een verzorgingshuis in Leiden, waar ze dicht bij mij woonde, zodat ik meer kon deelnemen aan haar dagelijks leven. Ook daar was zij weer een gewilde gesprekspartner voor de bewoners en verzorgers. Zij stierf in 1999, 88 jaren oud. Het is wel duidelijk dat ik, zowel met ouders als met Kees, een prima verstand houding had, waar ik met mooie, liefdevolle en vrolijke herinnerin gen op kan terugkijken. Leiderdorp, juli 2014 Nic. H. Klomp en Christina Metselaar, getrouwd op 14 mei 1937

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2014 | | pagina 25