J vi jaar
als oorlogsmisdadiger in de gevan
genis aan de Noordsingel te Rotter
dam. Op last van die commandant
is mijn zoon gearresteerd en heeft
gevangen gezeten op Wieringen
in het huis van meester Cornelis-
sen Hoofdonderwijzer (de Duitsers
hadden dat huis in beslag geno
men). En Letje Obreen was het lief
je van die Commandant, zodoende
denk ik dat zij alleen weten waar
mijn jongen is. Nu hoop ik zoo vol
ledig mogelijk te zijn geweest. O ja,
de vader van Letje Obreen zit ook
gevangen in Amsterdam. Verder
weet ik niet meer van de zaak. Op
spoedig bericht wachtend verblijf
ik, Wed. J. Snoodijk.
Bij de opgraving en het zoeken
naar het lichaam van Snoodijk wa
ren ongeveer dertig personen van
Wieringen aanwezig, welke waren
aangezocht om mee te helpen zoe
ken. Hinrichsen en een handlanger
hebben het lichaam van Maarten
moeten opgraven en naar Hippo-
lytushoef moeten brengen. Onder
weg hebben zij de vreselijkste ver
wensing naar hun hoofd gekregen
en op het kerkhof te Zandburen
heeft Hinrichsen rake klappen en
stompen moeten incasseren. Tegen
Hinrichsen was de doodstraf ge-
Dodenherdenking 4 mei 2010
eist, die uiteindelijk niet voltrokken
is. Hij werd veroordeeld tot twaalf
jaar gevangenisstraf. Wegens goed
gedrag werden hem de laatste drie
jaar kwijtgescholden. In het begin
van de jaren vijftig werd bekend
gemaakt dat hij over de grens met
Duitsland was gezet. Door de heer
Joh. Oedzes is in 1955 het verzoek
aan de Dienst der Zuiderzeewerken
gedaan om de brug bij van Ewijck-
sluis te vernoemen naar Marten
Pieter Snoodijk. Dit verzoek werd
afgewezen. Maarten Snoodijk is op
2 augustus 1945 onder grote be
langstelling te Zandburen, Hippo-
lytushoef begraven. Zijn grafmonu
ment heeft het model van de brug
bij Van Ewijcksluis.
Met dank aan:
mevr. E. van der Kreeke-Ellens
dhr. G. Ellens
dhr. Stef Zwarts t
dhr. Jb. Bakker
mevr. T. Maas - de Boer
mevr. G. van Wachendorff
van Rijn - ten Bokkel
Wieringer Courant
Archief Zijper Museum
Opgraving van het lichaam van Maarten Snoodijk
Historische Vereniging Wieringen "Op de Hoogte" 26e jaargang nr. 3 - 2014