Polderdag 1934 mede te deelen. Hij was zeer met de inwoners bekend, noemde ze allen bij name, en werd door al len met genegenheid begroet. De vrouw in de herberg te Hypolitus- hoef, die ons gesprek had aange hoord, heeft mij gezegd, dat alles juist zoo was, als de kolonel ons verhaalde. Hij heeft ons ook de inrigting voor de quarantaine gewezen, waarover hij het opzigt heeft. Zij bestaat uit eene ruime plaats met hekken omzet, waarin eenige lood sen tot berging van goederen, een hospitaal en de woning voor den opzigter staan. Er ontbreekt zeer veel aan, om eenen behoorlijken waarborg, in geval van besmet ting, op te leveren. Zoo als de inrig ting nu bestaat, is zij in 1805 door de toenmalige regering daarge- steld, en, bij de belemmering van den handel was er geen behoefte aan eene meer volkomene inrig ting. Aan de monden der Maas en Schelde bestaan eveneens geene goede lazarets. Oudtijds moet er een op den zuidwesthoek van Texel geweest zijn. Men moet zich ver wonderen dat in ons land, waar zoo veel handel was, geene vol ledige inrigting tegen besmette lijke ziekten, die zoo ligt met de goederen worden aangevoerd, is daargesteld; men heeft zich altijd met gebrekkige en tijdelijke maat regelen vergenoegd. Men is thans, zoo de Heer Eilbracht ons zeide, bedacht, om eene groote inrigting daar te stellen, waar alle schepen, die uit verdachte havens komen, zouden verpligt zijn quarantaine te houden, even als dit in Marseille, Livorno en elders geschiedt, doch het zal moeijelijk zijn te bestem men, waar die inrigting bij ons het geschiktste geplaatst zij. De strijd onder de geneesheeren over het besmettelijke van de gele koorts, verwekt welligt twijfel bij de rege ring, omtrent de noodzakelijkheid der maatregelen. Weinig weten schappelijke oneenigheden zijn gevaarlijker in de toepassing dan deze. Wanneer wij eenmaal het ongeluk hadden, dat de pest in ons land werd aangebragt, zoude men zich alle bezuiniging en gemak voor den handel, die uit het verlaten der voorzorgen ontstaan zijn, bitter be klagen. Wieringen zoude voor een alge meen lazaret voor den Nederland- schen handel voltrekt niet gelegen zijn. Wellicht ware Vlissingen daar voor de geschiktste plaats. Voor ruim vier jaren is het schip de April, dat bestemd was om Wurtembergsche landverhui zers naar Amerika over te brengen, herwaarts gezonden, en zijn die ongelukkige menschen hier ont scheept en verpleegd. Hun groot aantal, zoo men ons gezegd heeft 1300, en wellicht ook de slechte voeding hadden een aanstekende ziekte veroorzaakt, waarvan nog 219 na de ontscheping, en niette genstaande alle aangewende zorg, gestorven zijn. Die hersteld zijn hebben hunne reis met een andere gelegenheid vervolgd. Ten twee uren hebben wij Wie ringen weder verlaten en hebben om half zeven uren het Nieuwe Diep bereikt. Onder weg zagen wij een groot aantal schepen, die de Zuiderzee binnen kwamen, en waarvan wij de meeste praaiden, omdat onze schipper hunne na men op de zeetijdingen wilde doen plaatsen. Uit: De vriend des vaderlands: een tijdschrift toegewijd aan den roem en de welvaart van Neder land en in het bijzonder aan de hulpbehoeftigen in het zelve, 1830, no. 2. (Koninklijke Bibliotheek, Den Haag, kb.nl) Wanneer je steeds, dag in, dag uit, Moet ploeteren voor 't bestaan, Wanneer je iedere dag maar weer Dezelfde gang moet gaan, Dezelfde gang, hetzelfde werk Van vroeg tot 's avonds laat, Zóó laat zelfs, dat er menigmaal De zon ter kimme gaat. Dan zit je in de groote sleur Van 't zware arbeidsleven, Dan kan men U aan levensvreugd Zoo bitter weinig geven. Dan is men blij nog, dat men leeft En dat men werken Mag, Dan weet men eerst wat zeggen wil: ,,'t Is morgen Polderdag". Want Polderdag is voor een elk Een groot verjaardagsfeest, Dat allen weer ontspanning geeft Naar lichaam en naar geest. Poldermenschen, dat Uw feestdag, Weer als steeds voor groot en klein, Echt een vreugdedag mag wezen, Een echte POLDERDAG mag zijn. NIEK Historische Vereniging Wieringen "Op de Hoogte" 26e jaargang nr. 2 - 2014

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2014 | | pagina 18