- 13 -
r- i
ik niet lezen vanzelf, maar dat geeft
niet." De laatste reis zit er op en
Willem Keijzer is inmiddels 65. Het
afscheid van de zee valt hem zwaar
en gretig aanvaardt hij het verzoek
van de maatschappij om dienst
te blijven doen als walbootsman.
Weliswaar niet meer op zee, maar
wel aan boord van een schip in de
haven van Rotterdam. Op 71-jarige
leeftijd krijgt hij problemen met
zijn gehoor en besluit hij ermee
te stoppen. Als er in zijn woning
in Rotterdam wordt ingebroken en
flink wat dierbare spullen verdwij
nen, besluit hij terug te gaan naar
zijn geboortedorp. "De jongens en
maatjes van vroeger kenden me
nog, kijk daar heb je de Knorhaan
weer, zeiden ze. Die bijnaam had
mijn vader vroeger ook. Daarom
noemen ze mij ook zo." Vele uren
brengt hij nog door aan de haven,
want de zee laat hem niet los. Hij is
bezig aan zijn laatste reis. Wierin-
gen zal hij echter nooit meer ver
laten. Willem Hendrik Friso Karei
Keijzer overlijdt op zaterdag 12 juli
1997 op 83-jarige leeftijd in Den
Oever. Hij wordt begraven naast
zijn ouders op de begraafplaats
Zandburen.
Na een Zeemansleven van 43 jaar is
W.H.F.K. KEIJZER
31 maart 80 jaar.
Breehomstraat 40a, 1779 BM Den Oever
Advertentie in de Wieringer Counrant
Bronnen:
Commissie Genealogie Historische
Vereniging Wieringen
Wieringer Courant
Schager Courant
Historische Vereniging Wieringen 5 "Op de Hoogte" 26e jaargang nr. 1 - 2014
Daaruit blijkt dat Keijzer de ge
schiedenis geen geweld aandoet.
Al de andere pagina's is hij kwijt
geraakt en tot zijn spijt heeft Keij
zer tot op de dag van vandaag geen
nieuw exemplaar kunnen bemach
tigen.
Wat hij nog wel heeft is de na
de oorlog ontvangen eremedaille
'verkregen voor het verrichten van
bijzondere oorlogsdienst bij de
koopvaardij'. De onderscheiding
heeft hij aan de wand gehangen,
naast enkele foto's van zeeslepers
van de firma Smit-Internationale,
na de oorlog zijn nieuwe baas.
"Bij de Maatschappij Nederland
was het me effe te 'meneer-achtig'.
Tegen een derde en vierde stuur
man moest je ook meneer zeggen
en dat waren net zulke gewone jon
gens als jij en ik. Ze noemden het
wel de heren-maatschappij." Van
zijn overstap naar de sleepvaart
heeft Keijzer nooit spijt gehad. Met
veel plezier kijkt hij terug op het
leven aan boord met twintig man
nen. "Rottigheid aan boord had
je niet." Ingelijst is de foto van de
laatste reis van Japan naar Brazilië
met een drijvende puf-fabriek. Het
ding is zo kolossaal, dat de zeesle
per volkomen in het niet valt. Van
een van de Japanse bemannings
leden kreeg Keijzer als herinnering
een in de Japanse tekens geschre
ven brief. In het Engels staat er
boven 'To my lifelong friend from
Yoshiyasu Kunikubo'. "De rest kan