oostelijke sluitmuur alleen puin te voorschijn. Dit puin bestond uit gebroken leien, tufsteen, rood ver glaasde tegelfragmenten en vul- werk van de muren. De sporen aan getroffen aan de oostzijde kunnen duiden op het afgebroken koor of mogelijk op een eerdere kerk daar de lengte van 15 meter voor een koor bij een vrij klein schip erg on waarschijnlijk is. Sporen van muur werk die 8 tot 9 meter ten noorden en ten zuiden werden gevonden kunnen niet in verband worden gebracht met de fundering van een kerkgebouw. Hier moet sprake zijn van ommuring van het kerk hof. Boven de noorder toegangs deur was een beeldhouwwerk van Bentheimer zandsteen in bas-reliëf ingemetseld, lang 60 centimeter en breed 45 centimeter, dat een varken zou moeten hebben voor gesteld (het varken lag als het ware op de steen). Het hoofd stond naar het oosten en dus de staart naar het westen. Door weer en wind was de afbeelding in de loop van de jaren gedeeltelijk weggeslepen maar met enige moeite kon nog de vorm van een wild zwijn herkend worden. Met deze afbeelding en de gegevens over de opgegraven fundamenten dateerde men het kerkje tot in voorchristelijke tijden. In 1878 werd het kerkje voor af braak verkocht en is de afbeelding in handen gekomen van een zekere Frederik van Eeden, een schrijver en idealistisch hervormer. In het blad Eigen Haard uit 1885 wijdt hij een vrij uitvoerige studie aan deze afbeelding die ook door hem voor een varken gehouden wordt. In het boek "Brieven over Texel en de nabijgelegen eilanden" doet Pieter van Cuyck verslag van een tocht over Wieringen waarbij hij zo rond 1780 ook Wieringen be schrijft. Over Stroe staat in de 15e brief: van Ypelshoef wandelt men naar Stroe, hetwelke alleenlyck een arm Kapelletje is; boven de deur is een varken in opwerk of zogenoemt basreiief van benthemmerfteen uit gehouwen; dit dierde getrouwe metgezel van St Anthony, doedt zienaan welken Heilig dat Kapel letje was toegeweid. Boven dit artikeltje staat "hei dense kapel of varkenshuisje", twee benamingen voor het kerkje op Stroe naar aanleiding van het varken boven de deur. Er werd ge dacht aan het varken dat aan Sint Antonius, tot loon voor zijn wor stelstrijd met de duivel, is gewijd en waarmee hij dikwijls werd afge beeld. Latere gissingen veronder stelden dat de afbeelding boven de deur was geplaatst om de joden uit de kerk te houden. Dit laatste zal niet de bedoeling zijn geweest om dat er op het eiland geen of nauwe lijks joden woonden en je kunt je afvragen wat de joden hier hadden te zoeken. De eerste veronderstel ling heeft enige waarschijnlijkheid maar de kerk was niet aan Anto nius maar aan Willibrordus gewijd en bovendien zou het vreemd zijn de Heilige Antonius als een varken voor te stellen. De conclusie moet dan ook zijn dat het beeld dagte kent uit de voorchristelijke tijd en uit de verwoeste heidense tempel is overgeplaatst boven de noorder deur. Voor de Germanen en de Kel ten heilig en symbool voor vrucht baarheid en voorspoed, maar voor de Christenen verdoemd. Boven dien zijn er ook in Duitsland beel den uit verwoeste heidense tem pels in de buitenmuren van zeer oude kerkjes gevonden. Volgens een voorlopige lijst van monumen ten van geschiedenis en kunst was het in 1921 nog aanwezig in het Bisschoppelijk Museum te Haar lem. Waar uiteindelijk het "varken" terecht is gekomen is helaas niet bekend. Verder valt te lezen dat het jammer is dat Caarl op gegeven moment is gestopt en niet is door gegaan met verdere opgravingen. Het vinden van munten zou meer duidelijkheid hebben kunnen ver schaffen over de tempel. Het zal een onmogelijke opgaaf zijn om nu nog op en rond het kerkhof van Stroe opgravingen te doen. Zeker is dat hier nog verborgen "schatten" moeten liggen die meer duidelijk heid kunnen geven over de bete kenis van het kerkelijke leven op Wieringen en alles wat daarmee verband houdt. Interessant is nog te vermelden dat er rond de kerk en het kerkhof veel boerderijtjes stonden, zoveel zelfs dat dit deel van Stroe de Kerkebuurt werd ge noemd. Historische Vereniging Wieringen "Op de Hoogte" 25e jaargang nr. 3 - 2013 - 23 -

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2013 | | pagina 24