- 15 -
Enkele jaren later breekt de oorlog uit. Het Duit
se leger heeft paarden nodig voor het werk bij de
Wehrmacht. Daarvoor moeten sommige boeren
hun paarden afstaan. Dit wordt geregeld door
het Duitse gemeentebestuur. De paarden wor
den betaald, de boeren moeten zelf voor vervan
gende paarden zorgen. Bakker krijgt een brief dat
ook zijn paarden worden gevorderd. Soldaten
komen ze ophalen en Bakker ziet tot zijn schrik
dat zij de paarden het randkanaal injagen en
naar de overkant laten zwemmen. Hoewel Bak
ker niet voor veeteelt heeft gekozen, gaat hij voor
eigen gebruik een koe houden. Van de melk karnt
zijn vrouw boter en maakt kaas en van het eigen
graan bakt zij brood. Zo blijven de gevolgen van
de oorlog voor het gezin lange tijd beperkt. Bak
ker wordt lid van het verzet en krijgt daarin ook
een taak. In een schelf stro op het erf worden
wapens verborgen.
De grond wordt bewerkt met de eg
In september 1944 worden de zuidelijke pro
vincies bevrijd. Het eiland Walcheren is door
de Duitsers veranderd in een vesting met zware
bunkerstellingen die de gehele monding van de
Westerschelde beheersen. Uit strategische over
wegingen besluiten de geallieerden tot inunda
tie van Walcheren om de toegangsweg naar de
havenstad Antwerpen open te stellen. Door be
middeling van de ondergrondse komen daarna
Zeeuwse evacuees op de boerderij van Bakker.
Het zijn drie broers uit Stavenisse, leeftijd begin
20, die zich op Walcheren schuilhouden voor de
tewerkstelling in Duitsland en die nu een ander
onderduikadres nodig hebben. Met pakken stro
wordt voor hen een schuilplaats gemaakt in de
schuur waar ze 's nachts slapen.
Oogsten met de zelfbinder
Het wordt 17 april 1945. De natuur is heel vroeg
dat jaar, het koolzaad staat al in bloei. De voor
jaarswerkzaamheden op het land zijn in volle
gang. Dan komt de waarschuwing dat de polder
onder water gaat. Dit lijkt zo onwaarschijnlijk dat
niemand het gelooft. De oorlog is al bijna voorbij,
het Duitse leger is elders al op de terugtocht. De
mannen op het land werken gewoon door. Tot zij
de twee luide explosies horen die de dijk opbla
zen. Ze beraadslagen wat te doen. De mannen
denken dat het water de boerderij niet of nau
welijks zal bereiken en besluiten te blijven. De
volgende dag komt visserman CorWit, die vanaf
zijn schip de situatie heeft gezien, en zegt: "Het
water komt hoog, jullie moeten hier weggaan".
Het gezin Bakker laat de hele inboedel staan en
op de derde dag gaan ze haastig op weg. Ze zien
achter op het land het water aankomen en Gee-
rie hoort de kelder vollopen. Verderop zwemmen
de eenden al op de weg. De brug bij de polder
steiger is vernield, de paarden moeten tot over
hun enkels door het water naar de Haukes lopen.
Het gezin krijgt onderdak bij kassier Piet Spaan
der van de Boerenleenbank. Hij woont boven de
bank aan de Elft, later het Witte Kruis gebouw.
De Zeeuwse jongens moeten voor de tweede
keer vluchten voor het water, zij worden opge
vangen door buurman Thomas ten Brinke. Na
ongeveer een half jaar kunnen ze terug naar de
weer bewoonbare boerderij.
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 25e jaargang nr. 2 - 2013