L] LEREN MAKEN DE MAN r
I1 door Ina Schoenmaker-Wiegman
De overgang van streekdracht naar een modern kleedgedrag
Wie de kleding bestudeert op een familieportret uit het einde van de negentiende eeuw en deze ver
gelijkt met een soortgelijke foto uit de jaren net na de eerste Zuiderzeewerken ziet een wereld van
verschilDe streekdracht is uit het beeld verdwenende nieuwe generatie gaat gekleed volgens de
allerlaatste modeDames dragen een roklengte die onder de knie valt of op de knieeen hemdjurk
in combinatie met kunstzijden vleeskleurige kousen en schoenen met wreefbandjes. Het haar is kort
gekniptHun uiterlijk vertoont geen enkel verschil met die van de stedelingIn tegenstelling tot de
moderne tijdwerd vroeger het kleedgedrag bepaald door de plaats waar men woondestad of plat
telanden de beroeps- of statusgroep waartoe men behoorde
Op het eiland Wieringen werd de Noord-Hol
landse klederdracht gedragen. Net als bij andere
streekdrachten was het vrouwen- en mannenkos-
tuum een afspiegeling van de burgermode., die
met een vertraging van enkele tientallen jaren
volgde.
Aan het einde van de negentiende eeuw bestaat
het vrouwenkostuum uit een voetvrije rok en een
jakje. Als overkleding wordt een omslagdoek of
een pelerine gedragen., een korte schoudermantel
die reikt tot op de hand. Op zon- en feestdagen
dragen welgestelde boerinnen en vissersvrou
wen een kap met een zilveren of gouden oorijzer,
soms in combinatie met een kaphoedje. De hul is
de daagse dracht., buitenshuis wordt er veelal een
boerenhoedje op gezet. Rond 1890 raakt de hoed PietertJe Mostert-Koomgeboren op 5januari 1852
in zwang, en neemt het gebruik van de kap en de
hul langzamerhand af.
Vrouwen op leeftijd en
kinderen dragen nog
de traditionele kaper,
een zwarte gebreide
muts met keelbanden.
Vrouwen maken de
kleding zelf, maar wan
neer de portemonnee
het toelaat, komt er
een naaister aan huis.
Kleding is kostbaar en
wordt pas vernieuwd
als het tot op de draad
versleten is. De stof- Trijntje Keppel, 1928
fen worden in de regel
rechtstreeks van een stoffenhandelaar gekocht
die met de boot naar Wieringen komt. Hij stapt
in Van Ewijcksluis aan boord en vertrekt vandaar
naar de haven van De Haukes. Eenmaal aan wal
laadt hij een zwarte zak, de poepezak, met daarin
de stoffen op een kruiwagen en vent hij van deur
tot deur.
Hoedjes en hullen
koopt men in de win
kel. Zo verkoopt Pie-
tertje Mostert-Koorn
in haar winkeltje aan
het Kerkplein naast
manufacturen en krui
denierswaren ook boe-
renhoedj es, hullen.,
kappenkant, poepen-
boezels (zwart wollen
schorten)hoge hoe
den en zijden petten.
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 25e jaargang nr. 1 - 2013
Simon Snooy Szn. en Geertje Snooy-Mostert Jacobsdr.1895
i «1 ii i en overleden op 24 december 1928