EziNG Nationaal Reddingsmuseum "Dorus Rijkers"
- 53 -
door Gea Klein-Hamming
28 januari
Op uitnodiging van de Historische Vereniging Wieringen hield de heer Henk Stapel namens het
Nationaal Reddingsmuseum Dorus Rijkers op 28 januari jl. in de grote zaal van Het Noorderlicht
een lezing over de geschiedenis van het reddingswezen. Ingegaan werd op het ontstaan van het red
dingswezen, de gebruikte materialen, de bewoners van de kustplaatsen en niet te vergeten de redders
zelf. Het was een zeer geslaagde lezing, die bezocht is door vierenzestig belangstellenden.
De man aan wie het
Reddingmuseum haar
naam dankt, Dorus
Rijkers, was schip
per op verschillende
reddingboten in Den
Helder en leefde van
1847 tot 1928. Voor
dat hij schipper van
een roeireddingboot
werd, heeft hij diverse
baantjes gehad, onder
meer als verkoper van
koffie en thee. Zijn
eerste redding verrichtte hij in 1872 met een ei
gen boot, waarmee hij 25 mensen van het schip
'Australia' redde. Hierna werd hij aangesteld als
schipper van de roeireddingboot in Den Helder,
waarvoor hij een klein salaris ontving.
In die tijd werd de roeireddingboot met een
stoomsleepboot buitengaats gesleept, waarna het
voor de opvarende redders roeien geblazen was.
In de hoge golven was het dikwijls moeizaam
manoeuvreren en soms was het door de woeste
zee onmogelijk het in nood verkerende schip te
bereiken.
Dorus trouwde op 23-jarige leeftijd met een we
duwe, die al zes kinderen had. Zijn oudste stief
zoon was een paar jaar jonger dan hijzelf. Samen
kregen ze nog een dochter, Doortje. Zijn vrouw
zou hem pas na dertig jaar huwelijk ontvallen. In
de laatste jaren van zijn leven woonde hij bij zijn
dochter en schoonzoon, die hem liefdevol ver
zorgden tot hij in 1928 overleed.
Zijn moeilijkste redding betrof het redden van de
bemanningsleden van het Duitse schip 'Renown'.
Tijdens deze redding, die door het slechte weer
drie dagen en nachten duurde, redde hij 23
schipbreukelingen (een beschrijving van deze red
ding is opgenomen in het deel 'Lessuggesties' als
voorleesverhaal). Als dank voor de enorme in
spanning die de moeilijke redding had gevergd,
ontvingen Dorus en zijn bemanning diverse hul
deblijken vanuit de burgerij, onder andere een
aantal giften. Van de Duitse Keizer kreeg Dorus
een gouden horloge en Koning Willem III be
noemde Dorus tot Broeder in de orde van de
Nederlandse Leeuw in januari 1888.
In 1911 verrichte Dorus (inmiddels 64 jaar oud)
zijn laatste redding: zes Duitse bemanningsleden
van het schip Elfriede. In totaal redde hij 487
mensen van de verdrinkingsdood. In datzelfde
jaar nog ging Dorus Rijkers met pensioen. Ter
gelegenheid hiervan werd hij in het zonnetje ge
zet door de Helderse bevolking.
In de jaren hierna raakte hij enigszins in de ver
getelheid en leefde in armoedige omstandighe
den, omdat hij alleen door zijn familie werd on
dersteund. In deze periode bestond de AOW ten
slotte nog niet. Toen dit een aantal notabelen ter
ore kwam, richtten zij in 1923 het Helden der
Zee-fonds 'Dorus Rijkers' op, dat geld inzamelde
om aanvullende gelden uit te keren aan behoef
tige gepensioneerde redders en hun nabestaan
den. Ook Dorus ontving een tijdlang wekelijks
een bedrag van het fonds.
De naamgever van het mu
seum: Dorus Rijkers
Tentoongesteld reddingsmateriaal in het museum
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 20e jaargang nr. 2 - 2008