- 13 -
ET GEHEIM VAN DE SMID
Een smid moet eigenlijk een duizendpoot zijn.
Hij moet alles weten en van alles kunnen.
Als hij zich als volslagen smid wil vestigen
heeft hij niet alleen zestien diploma 's nodig,
maar hij moet van veel meer dingen iets afweten,
waar men geen diploma's voor verstrekt.
Hij moet niet alleen zijn bedrijf gaande houden
in een maatschappij die verandert.
Hij moet van die veranderingen op de hoogte blijven.
Hij moet de vakliteratuur bijhouden
hij moet waterleiding kunnen aanleggen - en
hij moet een paard kunnen beslaan.
Hij moet verstand hebben van kachels en van
rijwielen, van landbouwmachines en melkmachines
Hij heeft rekening te houden met dingen die verdwijnen.
Vroeger was ieder smid een hoefsmid.
(Smederij vereniging "Schagen en omstreken"
bij het zestigjarige bestaan, april 1960.)
door Nettie Rienstra-Mulder
dienen. Hij heeft los werk gedaan, hij
is bij aannemersbedrijf Okko Bosker
in dienst geweest en hij heeft gehol
pen bij de aanleg van de wielerbaan.
Omstreeks 1935 begint Jan een eigen
bedrijf in de Klieftstraat. Hij is inmid
dels getrouwd met Cornelia Gorter,
het echtpaar woont dan in de Hoofd
straat, achter Roelof Post (nu de win
kel van Henk ten Hoor). Zoon Cees
werd daar in 1931 geboren. Het had
het voordeel dat je voor niets naar de
film kon kijken, want achter het huis
was Hotel De Haan, waar achter in
het gebouw films werden vertoond.
SMEDERIJ SMIT
Je heet Smit en je bent smid.
Het adres was Klieftstraat 14 (na 1 januari 1957
is het huisnummer "omgenummerd" tot 67),
Hippolytushoef
Vader Jan Smit werd op 13 januari 1901 in Bar-
singerhorn geboren. Hij was de zoon van Cor-
nelis Smit (geboren op 29 april 1865 te Bar-
singerhorn) en Maartje Meuleveld (geboren 5
september 1870 te Barsingerhorn). Hij overleed
op 12 maart 1981. Op 11 april 1930 trouwde hij
met Cornelia Gorter, geboren op 5 april 1902
(wijk C283b). Cornelia Gorter was een dochter
van Cornelis Jacobsz. Gorter en Trijntje Alberts
Duijnker. Cornelia Gorter overleed op 72-jarige
leeftijd op 4 juni 1974 te Apeldoorn. Cornelia
Gorter en Jan Smit kregen twee kinderen:
1. Cornelis, geboren op 20 juni 1931
2. Jacob, geboren op 16 mei 1934
Het verhaal van Cees Smit:
Vader Jan Smit is volgens mij in 1923 opWierin-
gen gekomen. Hij heeft ongeveer elf jaar gewerkt
bij P. Kreijger in de Beltstraat. Op de plaats van
de smederij staat nu een woning, bewoont door
de familie Oldersma. Het werk werd minder, dus
Jan Smit kreeg zijn ontslag. Het was een moeilijke
tijd, maar je pakte alles aan om je brood te ver-
De werkplaats is gebouwd door Cor
de Vries voor de somma van 634,25.
De grond werd gehuurd van de fami
lie Asjes voor 1,00 per week. De beginwerk-
zaamheden waren: Fietsen maken, wat boeren
werk en hoefbeslag. Ook maakte vader Jan voor
de familie Jongmans uit Alkmaar bietenspaden,
dat was zuiver smeedwerk. In het begin was er
geen elektra. De verlichting bestond uit grote pe
troleumlampen. Op zolder stond een blaasbalg
die met de hand moest worden bediend. Dus
tussen koud en warm ijzer moest je ook werken.
Niet veel later, ik denk in 1936 kwam er elektra
in de werkplaats. In de kacheltijd, die al half au
gustus begon, was het pijpen maken, ellebogen
en dop-ellebogen. Op Wieringen hoefde je niet
met fabriekspijpen aan te komen. Vader kocht de
ijzeren platen bij De Wild in Alkmaar. Die kwa
men uit Duitsland, het waren de mooiste. Dan
kwamen er wel drie stuks, wat veel geld was. Ze
stonden bij moeder in de achterkamer tegen het
schot van de keuken met een spijker in het ko
zijn, anders vielen ze om. Ze moesten vochtvrij
staan. (We woonden toen al in de Klieftstraat, in juli
1936 zijn we verhuisd.)
In 1938 heeft vader Jan Smit zijn eerst grote klus
geklaard: het maken van ijzeren palen met anker-
werk en hang- en sluitwerk voor de poorten van
de begraafplaats op Zandburen in opdracht van
de gemeente Wieringen. Het bedrag weet ik niet
meer. (Vele jaren later maakt zoon Cees Smit de hele
poort, red.) Tot op het laatst werd er veel werk ver
richt voor de gemeente. Ook werd er regelmatig
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hóógte" - 20e jaargang nr. 1 - 2008