Kerk van Hippolytushoef van den verrukkelijken zomeravond genietend. Den morgen daarna was 't uur van ons vertrek aan gebroken tot ons aller spijt - doch de wijze waarop wij Wieringen verlieten, verzoende ons eenigermate met het feit afscheid te moeten nemen: 't was ons namelijk gelukt een zeilschip te huren, dat ons naar Medemblik zoude brengen, en met even mooi weer en wat de schippers eene goede gelegenheid noe men, werden de zeilen geheschen en verlieten wij Wieringen, waar we zulke genoeglijke dagen hadden doorgebracht. Onze hupsche koetsier had ons naar de haven gereden en wees ons nog een schuit vol geep - vreemde visschen met spitse koppen en zil ver geschubde slangachtige lichamen. Ofschoon wij gaarne nog op 't eiland hadden vertoefd leek ons het zeiltochtje maar al te kort - 't was zoo heerlijk om zooals Hooft zegt: "Te bruisen door het blauw als vorsten van de zee." De wind was tot een ferme bries aangewakkerd, de golven vertoonden witte schuimende kopjes en wij zaten genoeglijk over de wijde wateren te turen. Wij wilden een zeehond zien te ontdekken of mis schien eene meermin zoo als dat "wilt en ongetam- met wyf dat in een ophooping van den zeewater is gecomen door een gebroken gat van den dycke in 't Purmermeer". Maar wij zagen noch haar, noch een zeehond, alleen de groene boomen van Wieringen, tegen de blauwe lucht afsteken. Al te spoedig waren wij Medemblik genaderd en was de tocht ten einde, toen bleek 't dat de wind ons wel toeliet de haven 25 - in te zeilen, maar den schipper de uitvaart zoude beletten. Wij gingen dus voor anker, en moesten toen in de vlet het schip verlaten, 't bootje danste op de golven, de schuit lag vrij hoog - 't was een heel waagstuk, te meer daar wij beurtelings om de po gingen die ieder onzer deed om de wankele ladder af te dalen, zoo aan 't lachen raakten dat wij haast te water vielen. Gelukkig bereikten wij veilig den wal, en na met moeite tegen de scherpe steenen van den dijk te zijn geklauterd, stonden wij vlak onder de wallen onzen metgezel af te wachten. Want allen te gelijk hadden wij niet 't schip kunnen verlaten - 't bootje was te klein. Heel Medemblik was met de an sjovisvangst bezig en herinnerde aan niets zoo zeer als aan die zeventiend'eeuwsche prentjes waarop de verschillende ambachten zijn voorgesteld, die op straat gedreven werden. Hier zag men mannen die de netten leegden en de gladde, witte vischjes aan wal brachten, daar werden zij schoon gemaakt en in groote ketels gekookt, ginds rolden anderen vaten aan voor 't zouten, allen waren ijverig in de weer, de grond was bezaaid met vischachtige overblijfse len waarvan de geur de lucht vervulde, wat minder aangenaam was. Toch was 't een aardig tooneel dat bij de oude huisjes en verweerde muren paste. Me demblik is nog zoo'n echt stadje van 't Noorder kwartier en wanneer men in de prachtige oude kerk de fraai beschilderde ramen ziet waarop de stad in hare vroegere glorie is afgebeeld, kan men zich 't best voorstellen, hoe groot de bloei der thans verval len plaats was, en hoe in de tijden van Hollands glo rie, de kloeke zeevaarders naar Oost en West, naar Noord en Zuid uitvoeren tot roem van 't vaderland en tot voordeel van hun gewest. Die jaren van voor spoed zijn helaas misschien voor Medemblik voor bij, maar hun aandenken blijft toch bestaan, en wij, de nazaten van dit dapper geslacht, moeten ons bij 't zien van wat dit vermocht in onze bange dagen gesterkt en bemoedigd voelen. Tusschen 't verleden en 't heden is een nauwe band, en ofschoon velen zich meer voor de tegenwoordige zaken interessee ren, zal zoo'n reisje door Noord Holland hun toch bij de herinnering aan 't werk onzer voorvaderen, steeds meer liefde voor "ons Nederland" inboeze men. Ieder plekje grond, hoe afgelegen ook, is een bezoek overwaard en niemand die, ons voorbeeld volgend, een paar dagen te Wieringen doorbrengt, zal 't berouwen. In 1918, toen dit artikel werd geschreven was het nog oorlog (Eerste Wereldoorlog, 1914-1918). Hoewel Nederland er toen in slaagde neutraal te zijn en dus buiten de eigenlijke oorlog bleef, was er wel een tekort aan bijvoorbeeld voedingsmiddelen en er was levensmid delendistributie. redactie Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 19e jaargang nr. 4 - 2007

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2007 | | pagina 23